Druk instellen
Drukinstellingen kunnen uitsluitend bij lopende dieselmotor worden uitgevoerd.
Daarom:
- Dieselmotor starten, rijhendel (15) op nul draaien (voorzorgsmaatregel tegen on-
gewenste vooruitbeweging).
- "Drijfstand" activeren met schakelaar (70).
Voor balkbelasting/-ontlasting:
- Rijhendel (13) op de middelste stand
zetten.
- Functie balkbelasting (73) of balkont-
lasting (74) activeren (LED AAN).
- Druk instellen met regelklep (A), afle-
zen op manometer (B).
Als balkbelasting/-ontlasting nodig is en
A
er met automatische nivellering (niveau-
sensor en/of dwarshelling) wordt ge-
werkt,
verandert
(materiaalinbouwdikte).
De druk kan ook tijdens het inbouwen
A
worden ingesteld of gecorrigeerd.
(max.
50
bar)
Druk voor balkbesturing bij inbouwstop + ontlasting instellen:
- Rijhendel (13) op de middelste stand zetten.
- Functie "drijfstand" (70) activeren (LED AAN).
- Druk instellen met regelklep (C), aflezen op manometer (A).
(20 bar basisinstelling)
de
compressie
A
B
C
D 41 33