Zekeringen
De zekeringen van het elektrische systeem van het voertuig
bevinden zich midden onder het dashboard.
1
Figuur 76
1. Zekeringen
Figuur 77
Procedure voor starten met
een startkabel
Waarschuwing
Starten met een startkabel kan gevaarlijk zijn. Om
lichamelijk letsel of schade aan de elektrische
onderdelen van het voertuig te voorkomen, moet u
de volgende waarschuwingen in acht nemen.
• Start het voertuig niet met behulp van een
startkabel met spanningsbronnen van meer dan
15 V DC. Hierdoor kan schade aan het
elektrische systeem ontstaan.
• Probeer nooit een lege accu die is bevroren, te
starten met behulp van een startkabel. De accu
kan scheuren of ontploffen tijdens de start.
• Neem alle waarschuwingen met betrekking tot
de accu in acht als u het voertuig start met een
startkabel.
• Let erop dat uw voertuig niet in aanraking komt
met het voertuig dat wordt gestart.
• Als u kabels aansluit op de verkeerde accupool,
kan dit leiden tot lichamelijk letsel en/of
beschadiging van het elektrische systeem.
1. Maak de knoppen los waarmee het accudeksel is
bevestigd op de accubasis en schuif het deksel eraf.
2. Bevestig een startkabel tussen de pluspolen van de twee
accu's. De pluspool is meestal aangegeven met een "+"
teken op het accudeksel.
3. Bevestig een einde van de andere startkabel aan de
minpool van de accu in het andere voertuig. De minpool
wordt met "NEG" aangegeven op het accudeksel. U
mag het andere uiteinde van de startkabel niet
bevestigen aan de minpool van de lege accu. Bevestig
dit uiteinde aan de motor. Bevestig de startkabel niet
aan het brandstofsysteem.
4. Start de motor van het voertuig met de volle accu. Laat
de motor een tijdje lopen en start daarna uw eigen
motor.
5. Maak nu eerst de negatieve startkabel los van uw motor
en vervolgens van de accu in het andere voertuig.
6. Plaats het accudeksel weer op de accubasis en zet de
knoppen vast.
56