1.5.1 Primary Directory Number (PDN)/Secondary Directory Number (SDN) toestel
Indicatiesche-
ma
Snel knippe-
rend groen
Brandt rood
Langzaam
knipperend
rood
Snel knippe-
rend rood
Direct kiezen via SDN
Met behulp van een SDN-toets kunt u op gemakkelijk het betreffende PDN-toestel opbellen. SDN-toetsen
werken in één van de twee modi die via systeemprogrammering zijn toegewezen, en de bedieningsprocedu-
re onderscheidt zich als volgt:
Geavanceerde modus voor DSS-toets
PT/HS
Hoorn van
de haak.
Standaard modus voor SDN-toets
PT/HS
Hoorn van
de haak.
•
Wanneer u een PDN-toestel opbelt via de funktie Direct Kiezen van SDN, toont de SDN-
indicator de huidige status van het bestemmingstoestel als volgt:
Brandt groen: U gebruikt de lijn.
Brandt rood: De lijn is bezet. (Het PDN-toestel, of een ander SDN-toestel indien meerdere
toestellen SDN-toetsen hebben naar een zelfde PDN-toestel, gebruikt de lijn.)
•
Zelfs als een PDN-toestel de funktie Niet Storen (NS) heeft geactiveerd, kunt u gewoon
naar het toestel bellen door op de SDN-toets te drukken.
96
Gebruiksaanwijzing
Status van PDN-toets
Het PDN-toestel ontvangt een inkomend
gesprek.
De lijn wordt gebruikt door een bijbehorend
SDN-toestel.
Een bijbehorend SDN-toestel heeft een ge-
sprek in de wachtstand staan.
Het PDN-toestel ontvangt een inkomend
gesprek dat bestemd is voor een groep
voor Inkomende gespreksverdeling (ICD).
(SDN)
Druk op de bijbehorende
SDN.
(SDN)
Druk op de bijbehorende
SDN.
Spreek.
(SDN)
K-toon
Druk nogmaals op de
SDN.
Status van SDN-toets
Een SDN-toestel ontvangt een Terug-
belsignaal van Wachtstand of een te-
rugbelsignaal van een gesprek dat met
de SDN-toets werd beantwoord.
De lijn wordt gebruikt door het bijbeho-
rende PDN-toestel of een ander SDN-
toestel.
Een ander bijbehorend SDN-toestel, of
het PDN-toestel zelf, heeft een ge-
sprek in de wachtstand staan.
Het bijbehorende PDN-toestel ont-
vangt een inkomend gesprek.
Spreek.