3.2.1 Programmering door gebruiker
Onderdeel
Telefoontoestel—Apparaat
Notificatie Timer—Apparaat
Start Uitgestelde Tijd (0-120
m)
Telefoontoestel—Apparaat
Notificatie Timer—Apparaat
Intervaltijd tussen Apparaat
1, 2, 3 en het Volgende Ap-
paraat
E-mail/Tekst Boodschappen
Apparaat—Apparaat Nr. 1, 2,
3
312
Gebruiksaanwijzing
Gebruiksmode
Bepaalt of en hoe elk apparaat een boodschapmelding moet laten we-
ten. Deze gebruiksmodus kunt u ook via uw telefoon instellen:
•
Gebruik niet: Het geselecteerde apparaat geeft geen boodschap-
melding aan.
•
Voortdurend: Het apparaat wordt gebeld zodra er een boodschap in
de mailbox is opgenomen. Als Alleen Dringende Boodschappen is
ingesteld op "Ja", zal het apparaat worden gebeld zodra er een ur-
gente boodschap in de mailbox is opgenomen.
•
Geplande: Het geselecteerde apparaat wordt gebeld op geselecteer-
de tijden.
Tijdschema: Als u hier Geplande selecteert, volg dan de onderstaande
stappen om het tijdschema te bepalen:
1.
Klik op (Zondag – Zaterdag) om een dag te selecteren.
2.
Klik op Activer Tijdslot Nr. 1 of 2.
3.
Voer in de velden "Start om (HH:MM)" en "Einde om (HH:MM)" de
start- en eindtijd in.
4.
Herhaal de stap 1 t/m 3 om zo elke dag te programmeren, en klik
dan op OK.
Bepaalt hoelang het systeem moet wachten voordat het een bood-
schapmelding gaat verzenden als er een nieuwe boodschap is ontvan-
gen.
Bepaalt hoelang de PBX moet wachten voordat het een melding naar
het volgende apparaat verstuurt als er een Boodschap Wacht-indicatie
is verzonden naar apparaat 1, 2 of 3.
U kunt via e-mail worden geattendeerd op een nieuw ontvangen bood-
schap.
Klik op Bewerken om te wijzigen, programmeer de instellingen en klik
op OK om te voltooien.
Opmerking
Via e-mail kunt u worden gewaarschuwd wanneer u een netlijn ge-
sprek heeft gemist. Voor meer informatie, zie "Contactinformatie wij-
zigen" in "3.2.1 Programmering door gebruiker".
Gebruikersnaam
Voer hier de naam in van de gebruiker van het apparaat.
E-mail Adres
Voer hier het e-mail adres in van het apparaat.
Notificatie Type
Bepaalt het boodschaptype waarvoor een notificatie wordt verstuurd,
Notificaties kunnen worden verstuurd voor alle boodschappen, of voor
spraakberichten of alleen voor faxberichten.
Beschrijving