3. Kopiëren
4.
Geef indien nodig het papiertype op.
5.
Zorg dat de handinvoerlocatie (
6.
Druk op [Papierformaat].
7.
Selecteer het papierformaat.
8.
Druk twee keer op [OK].
9.
Plaats het origineel en begin met scannen.
Het kopiëren start automatisch.
Kopiëren op een aangepast papierformaat via de handinvoerlocatie
Papier met een horizontale lengte van 279,4–914,4 mm (11,00–36,00 inch) en een verticale lengte
van 210,0–2000,0 mm (8,27–78,74 inch) kan worden ingevoerd vanuit de handinvoerlocatie.
1.
Open de voorklep en til de papierhendel omhoog.
2.
Plaats het papier met de te kopiëren zijde omhoog in de handinvoerlocatie.
3.
Laat de papierhendel zakken en sluit de voorklep.
4.
Geef indien nodig het papiertype op.
5.
Zorg dat de handinvoerlocatie (
6.
Druk op [Papierformaat].
7.
Druk op [Aangepast form.].
62
) is geselecteerd en druk op de toets [ ].
) is geselecteerd en druk op de toets [ ].