9. Problemen oplossen
Wanneer een indicatielampje brandt bij de
knop [Status controleren]
Als een lampje bij de knop [Status controleren] gaat branden, drukt u op [Status controleren] om het
scherm [Controleer status] weer te geven. Controleer de status van elke functie op het scherm
[Controleer status].
Scherm [Status controleren]
1
4
1. Tabblad [App.-/appl.status]
Geeft de status van het apparaat en van elke functie aan.
2. [Contr.]
Als er zich een fout voordoet in het apparaat of een functie, drukt u op [Contr.] om details te bekijken.
Door op [Contr.] te drukken, verschijnt er een foutmelding of het overeenkomstige functiescherm. Controleer
de foutmelding op het functiescherm en neem de nodige maatregelen.
• Pag. 185 "Weergegeven meldingen bij gebruik van de functie Kopieerapparaat/Document Server"
• Pag. 188 "Meldingen tijdens het gebruik van de printer"
• Pag. 202 "Meldingen tijdens het gebruik van de scanner"
3. Meldingen
Toont een bericht dat de status aangeeft van het apparaat en van elke functie.
4. Statuspictogrammen
Elk pictogram dat kan worden weergegeven, wordt hieronder beschreven:
: Deze functie voert een taak uit.
: Er heeft zich een fout voorgedaan in het apparaat.
: Er heeft zich een fout voorgedaan in de gebruikte functie. Het kan ook zijn dat de functie niet kan worden
gebruikt, omdat er zich een fout heeft voorgedaan in het apparaat.
De volgende tabel licht problemen toe, waardoor het indicatielampje mogelijk is aangegaan:
154
3
NL CQA002
2