8. Papier en inkt bijvullen
• Wring de flens niet in de papierrol wanneer het einde van de papierrol niet uitgelijnd is met de
papierkern of wanneer er een kleine hoeveelheid papier over blijft. Als de opstaande rand te strak
tegen de papierrol wordt gewrongen, kan de papierrand kreuken of plooien.
Plaats de papierrol wanneer het apparaat is ingeschakeld.
Zorg ervoor dat de uitvoermand in basismodus is voordat u een papierrol plaatst. Zie voor meer
informatie over het instellen van de uitvoermand de handleiding Aan de slag
U kunt de papierrol plaatsen in papierinvoerlocaties 1 en 2. Het plaatsen gebeurt in elke
papierinvoerlocatie op dezelfde manier. In de volgende voorbeeldprocedure wordt de papierrol
geplaatst in papierinvoerlocatie 1.
De papierrol is zwaar en moet door twee mensen worden gedragen.
Plaats de papierrol op een vlak oppervlak wanneer u de papierhouder vervangt op de andere
papierrol.
De namen van de onderdelen van de papierhouder
1
3
1. Linkerflens
2. Spoel
3. Aanpassingshendels papierrol
4. Rechterflens
5. Vergrendelingshendel
Positie van de aanpassingshendels van de papierrol
Pas de aanpassingshendels van de papierrol aan aan de binnendiameter van de papierrol. Op
elke flens bevinden zich drie aanpassingshendels van de papierrol. Zorg ervoor dat de zes
hendels allemaal in dezelfde positie staan.
Als de kern van de papierrol 50,8 mm (2 inch) bedraagt, open dan de aanpassingshendels van
de papierrol. Wanneer de kern van de papierrol 76,2 mm (3 inch) bedraagt, sluit dan de
aanpassingshendels van de papierrol.
112
2
3
5
4
CPT039
.