Pos.
Aanduiding
1
Nooduitgang
2
Trap
3
Trapverlichting
4
Wielwiggen
5
Accuhoofdschakelaar
6
SMV-markeringspaneel
7
Werklampen
8
Brandblusser
9
Snelstopschakelaar slijpbedie-
ningseenheid
10
Snelstopschakelaar
11
Stoelschakelaar in de bestuur-
dersstoel
12
Vasthoudsysteem
BiG X 630
Originele handleiding 150001258_02_nl
Veiligheidsuitrusting
Toelichting
Het zijvenster in rijrichting rechts, naast de be-
stuurdersstoel kan bij noodgevallen als uitgangs-
deur worden geopend,
Om veilig in de cabine te komen, de machine
uitsluitend via de linker trap beklimmen. Daarbij
de leuningen gebruiken.
Bij de uitvoering "Onderhouds- en trapverlich-
ting"
Om de treden van de trap naar de cabine ook in
het donker veilig zichtbaar te maken, kunnen de
treden worden verlicht,
Met wielwiggen kan de machine tegen wegrollen
worden beveiligd. De machine is uitgerust met 2
wielwiggen, die zich onder de achterbumper be-
vinden,
zie
Pagina 362.
Met de accuhoofdschakelaar wordt de stroom-
voorziening van de machine ingeschakeld resp.
onderbroken,
zie
Pagina 363.
Het Slow-Moving Vehicle-markeringsbord (SMV-
markeringsbord) is op langzaam rijdende machi-
nes of voertuigen aangebracht, die op openbare
verkeerswegen langzamer rijden dan 40 km/h
(25 mph),
zie
Pagina 60.
Om ook in het donker de machine zonder geva-
ren te kunnen verlaten, worden enkele werklam-
pen tijdvertraagd uitgeschakeld,
De brandblusser bevindt zich in de rijrichting,
links boven op de machine en is via de trap naar
de cabine en het platform te bereiken,
na 60.
De snelstopschakelaar op de slijpbedieningseen-
heid is bestemd om in noodgevallen de werkfunc-
ties van de machine te stoppen. De dieselmotor
en de rijaandrijving lopen door,
De snelstopschakelaar in de armleuning is be-
stemd om in geval van nood de werkfuncties van
de machine te stoppen. De rijaandrijving blijft ac-
tief,
zie
Pagina 102.
Via de in de bestuurdersstoel geïntegreerde
stoelschakelaar wordt opgevraagd of de bestuur-
dersstoel bezet is.
Wanneer de bestuurdersstoel langer dan 7 se-
conden niet bezet is, worden de invoer en het
voorzetwerktuig uitgeschakeld en. Wanneer de
bestuurdersstoel onbezet is kunnen de invoer en
het voorzetwerktuig niet worden ingeschakeld.
Wanneer de bestuurdersstoel weer bezet is, kun-
nen de invoer en het voorzetwerktuig weer wor-
den ingeschakeld.
Bij uitvoering "Vasthoudsysteem incl. instruc-
teursstoel"
De bestuurdersstoel en de instructeursstoel zijn
uitgerust met een vasthoudsysteem.
Veiligheid
zie
Pagina 82.
zie
Pagina 94.
zie
Pagina 94.
zie Pagi-
zie
Pagina 110.
2
2.7
59