Wanneer VRV DX-binnenunits en RA DX-binnenunits zijn
aangesloten (of alleen RA-binnenunits):
Afhankelijk van de lokale instelling op de buitenunit, kan een
gebruikersinterface op de VRV DX-binnenunit of op de RA DX-
binnenunit als master worden ingesteld (zie hiervoor).
1
Als de VRV DX-binnenunit als master-kiezer is ingesteld, kan
dezelfde procedure als hiervoor worden gevolgd.
2
Als de RA DX-binnenunit als master-kiezer is ingesteld, kan de
volgende procedure worden gevolgd.
Procedure: alle binnenunits stoppen (VRV DX-binnenunits+RA DX-
binnenunits).
Wanneer het systeem niet draait (alle binnenunits thermo UIT), kunt
u de master RA DX-binnenunit bepalen met de infrarood-
gebruikersinterface (thermo AAN in de gewenste stand instellen).
De master-unit kan alleen worden veranderd door de voorgaande
procedure te herhalen. Omschakelen tussen koelen en verwarmen
(of vice versa) kan alleen door de bedrijfsstand van de ingestelde
master-binnenunit te veranderen.
Neem contact op met uw installateur als u de gebruikersinterface van
de VRV DX-binnenunit als master wilt houden.
6.5.
Voorzorgsmaatregelen bij groepsbesturing of
besturing met twee gebruikersinterfaces
Behalve individuele besturing (één gebruikersinterface bestuurt één
binnenunit), biedt dit systeem nog twee andere besturingssystemen.
Controleer het volgende als uw unit met één van die besturings-
systemen is uitgerust:
Groepsbesturing
Eén gebruikersinterface bestuurt tot 16 binnenunits. Alle
binnenunits krijgen dezelfde instelling.
Besturing met twee gebruikersinterfaces
Twee
gebruikersinterfaces
groepsbesturing is dit een groep van binnenunits). De unit wordt
individueel bestuurd.
AANDACHT
Neem contact op met uw dealer als u de combinatie of de
instelling van groepsbesturing en besturing met twee
gebruikersinterfaces wilt wijzigen.
7.
Energiesparen en optimale werking
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht om voor een
optimale werking van het systeem te zorgen.
Stel de luchtuitlaat zo in dat de lucht niet rechtstreeks op de
aanwezige personen wordt geblazen.
Pas de kamertemperatuur aan zodat u een aangename
omgeving creëert. Voorkom te sterk verwarmen of koelen.
Houd bij het koelen rechtstreeks zonlicht uit de kamer met
behulp van gordijnen of jaloezieën.
Verlucht dikwijls.
Zorg bij langdurig gebruik vooral voor verluchting.
Houd deuren en ramen dicht. Als de deuren of ramen open
blijven, zal er lucht uit de kamer stromen, met een kleiner koel-
of verwarmeffect tot gevolg.
Koel of verwarm niet te sterk. Om zuinig om te gaan met energie
houdt u de temperatuurinstelling op een gematigd niveau.
Plaats nooit voorwerpen in de buurt van de luchtinlaat of -uitlaat
van de unit. Anders kan dit een verminderd effect of een uitval
veroorzaken.
Zet de hoofdvoedingsschakelaar van de unit uit als de unit
gedurende langere tijd niet zal worden gebruikt. Er wordt immers
stroom verbruikt zolang de schakelaar niet uitgeschakeld is.
Zet de hoofdvoedingsschakelaar 6 uur voor gebruik aan
alvorens de unit opnieuw op te starten, dit om een vlotte werking
te garanderen. (Zie "Onderhoud" in de handleiding van de
binnenunit.)
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
61
besturen
één
binnenunit
Als
op het display staat (tijd om het luchtfilter te reinigen),
laat u de filters door een erkend servicetechnicus schoonmaken.
(Zie "Onderhoud" in de handleiding van de binnenunit.)
Houd de binnenunit en de gebruikersinterface op minstens 1 m
van televisie-, radio-, stereotoestellen of dergelijke. Anders zijn
statische storingen of vervormde beelden mogelijk.
Plaats geen voorwerpen onder de binnenunit; anders kunnen ze
schade oplopen door water.
Bij een vochtigheid van meer dan 80% of wanneer de
afvoeruitlaat verstopt is, kan condensvorming optreden.
Uw systeem is voorzien van een geavanceerde energiespaarfunctie.
U kunt voorrang geven aan een laag energieverbruik of aan het
comfortniveau. Verschillende parameters kunnen worden ingesteld,
met als resultaat de optimale balans tussen energieverbruik en
comfort voor uw specifieke toepassing.
Zie hierna voor een rudimentaire beschrijving van de mogelijke
patronen. Neem contact met uw installateur voor advies of om de
parameters aan uw noden aan te passen.
De montagehandleiding bevat meer gedetailleerde informatie voor de
installateur. Hij kan u helpen om een optimale balans tussen
energieverbruik en comfort te bereiken.
Er zijn drie hoofdgebruiksmethoden:
Basis
De koelmiddeltemperatuur wordt vastgelegd onafhankelijk van de
situatie. Dit komt overeen met de bekende standaardwerking van
vorige VRV-systemen.
Automatisch
De koelmiddeltemperatuur wordt ingesteld afhankelijk van de
buitentemperatuur. De koelmiddeltemperatuur wordt zo aangepast
aan de vereiste belasting.
Wanneer uw systeem bijvoorbeeld in de koelstand staat, dan moet bij
een lage buitentemperatuur (bijv. 25°C) minder worden gekoeld dan
(bij
bij een hoge buitentemperatuur (bijv. 35°C). Op basis hiervan begint
het systeem automatisch de koelmiddeltemperatuur te verhogen, de
geleverde capaciteit te verlagen en de efficiëntie van het systeem te
verhogen.
Hi-sensible
De koelmiddeltemperatuur wordt hoger (koelen) ingesteld dan bij
basisgebruik. De nadruk voor de Hi-sensible stand ligt op het
comfortgevoel van de klant.
De selectiemethode van de binnenunits is belangrijk omdat de
beschikbare capaciteit niet dezelfde is als bij basisgebruik. Gelieve
contact op te nemen met uw installateur voor meer informatie over
Hi-sensible toepassingen.
Mogelijke comfortinstellingen
Voor elk van de voorgaande standen kan een comfortniveau worden
geselecteerd. Het comfortniveau houdt verband met de timing en de
inspanning (energieverbruik) om een bepaalde kamertemperatuur te
bereiken door de koelmiddeltemperatuur tijdelijk te veranderen:
Krachtig
Snel
Gematigd
Eco
INFORMATIE
Een combinatie van de Automatische stand met Hydrobox-
toepassingen kan interessant zijn. Het effect van de
energiespaarfunctie kan heel beperkt zijn wanneer een
lage/hoge
uittredend water wordt gevraagd.
(koelen/verwarmen)
temperatuur
RYYQ+RYMQ+RXYQ8~20T7Y1B
VRV IV-Systeem airconditioner
4P329765-3C – 2013.03
van
het