INSPECTIES VÓÓR HET RIJDEN
B B A A N N D D E E N N C C O O N N D D I I T T I I E E
Controleer de zijwanden van de band, het wegcontactvlak en de
loopvlakbasis. Vervang de band voordat u gaat rijden als u
insnijdingen, puncturen, scheuren of andere slijtage of
beschadigingen constateert. Gebruik alleen banden die door
INDIAN MOTORCYCLE voor het model van de motorfiets zijn
goedgekeurd. Neem contact op met uw dealer. Het gebruik van
niet-goedgekeurde of een onjuiste combinatie van voor- en
achterband kan verminderde hanteerbaarheid en stabiliteit
veroorzaken, wat mogelijk tot verminderde controle over de
motorfiets kan leiden.
P P R R O O F F I I E E L L D D I I E E P P T T E E B B A A N N D D
Meet de profieldiepte nabij het midden van het loopvlak op beide
banden. Zie pagina 132. Vervang elke band met een profieldiepte
van minder dan 1,6 mm (1/16 in).
70
R R E E M M V V L L O O E E I I S S T T O O F F P P E E I I L L V V O O O O R R R R E E M M
1. Zet de motorfiets helemaal rechtop. Plaats het stuur zo dat het
vloeistofreservoir horizontaal staat.
2. Bekijk het vloeistofpeil door het peilglas
helder zijn. Vervang troebele of vervuilde vloeistof.
3. Het vloeistofpeil moet boven de minimumindicatormarkering
w
in het peilglas staan.
q
. De vloeistof moet