V V O O O O R R R R E E M M H H E E N N D D E E L L
1. Smeer de scharnierpen
remhendel volgens de in de tabel voor periodiek onderhoud
aanbevolen intervallen. Smeer ook telkens als er stroefheid
merkbaar is. Gebruik universeel vet.
q
2. Plaats de scharnierpen
de specificaties.
AANHAALMOMENT
Scharnierpen: 1 N·m (9 in-lb)
q
en de scharnierpunten van de
. Draai de scharnierpen vast volgens
w
3. Monteer de moer
van de scharnierpen op de scharnierpen
q
. Draai de moer van de scharnierpen aan volgens de
specificaties.
AANHAALMOMENT
Moer van scharnierpen: 5,9 N·m (52 in-lb)
4. Inspecteer de remblokken zoals beschreven op pagina 129.
R R E E M M V V L L O O E E I I S S T T O O F F V V O O O O R R R R E E M M
Ververs de remvloeistof volgens de in de tabel voor periodiek
onderhoud aanbevolen intervallen. Probeer niet de remvloeistof
te verversen bij een model dat is uitgerust met een
antiblokkeersysteem. Neem contact op met uw dealer voor deze
service. Vul altijd remvloeistof bij uit een nieuwe, ongeopende
verpakking. Gebruik altijd de aanbevolen vloeistof. Zie pagina
181.
1. Plaats de motorfiets op een vlakke ondergrond in volledig
rechtopstaande positie. Plaats het stuur zo dat het
vloeistofreservoir horizontaal staat. Veeg het vloeistofreservoir
en het gebied rond de reservoirdop af met een schone doek.
2. Als het vloeistofpeil laag is, controleer dan de remblokken
zoals beschreven op pagina 129. Als de remblokken niet
verder versleten zijn dan de onderhoudslimiet, controleer het
remsysteem dan op lekkage.
3. Verwijder de schroeven van de reservoirdop om vloeistof bij te
vullen. Verwijder het deksel en de membraanschotel.
ONDERHOUD
127