Onderhoud
Vanwege de verschillende bedrijfsomstandigheden en de wisselende belasting van bijvulapparaten is
het niet mogelijk om nauwkeurige voorspellingen te doen met betrekking tot de levensduur van de
apparaten. De meest effectieve methode van onderhoud is om het bijvulapparaat te inspecteren op
vroege tekenen van uitval van onderdelen en op grond daarvan actie te ondernemen.
De volgende onderhoudsprocedures dienen ten minste eenmaal per jaar te worden uitgevoerd:
Visuele inspectie.
Een eenvoudige visuele inspectie zal de meeste potentiële fouten van een bijvulapparaat aan het licht
brengen. Het wordt aanbevolen om jaarlijks een visuele inspectie uit te voeren. Omdat deze controles
zo eenvoudig kunnen worden uitgevoerd, worden frequente inspecties aangemoedigd.
Kijk op het digitale display voor foutcodes
Controleer op tekenen van lekkage (bv. water, minerale afzettingen, gecorrodeerde
onderdelen/kast)
Controleer de overloop van het mengvat op tekenen van waterafvoer
Controleer flexibele slangen op tekenen van slijtage (bv. scheuren)
Controleer of de druk zoals vermeld op het digitale display overeenkomt met de feitelijke
systeemdruk (lees de druk ook op een andere meter af)
Lees de bediening uit
De digitale bediening houdt een logboek bij van het aantal keren dat een pomp start en het totaal
aantal draaiuren voor elke pomp, evenals het aantal alarmactiveringen en stroomonderbrekingen. Het
is raadzaam om een notitie van deze cijfers te maken bij het onderhoud van het apparaat, omdat ze
nuttig kunnen zijn voor de diagnose van mogelijke problemen. In het logboek is voorzien in velden
voor deze cijfers.
Het is raadzaam om door alle instellingen te scrollen (waaronder instellingen van technici) en ze te
vergelijken met cijfers van het ingebruikstellingsrapport. Als er verschillen zijn, overleg dan eerst met
personeel ter plaatse om vast te stellen of de veranderingen met opzet zijn aangebracht. Indien dat
niet het geval is dient het apparaat opnieuw op de juiste wijze te worden geconfigureerd.
Als de instellingen voortdurend worden gecorrumpeerd, kan een power filter nodig zijn.
Zie het hoofdstuk Installatie van deze handleiding voor meer informatie.
Test van de werking van het apparaat
De beste manier om de werking van het bijvulapparaat te testen is om water uit het systeem af te
voeren, zodat de druk langzaam daalt. Zodra de druk onder de inschakeldruk van de pomp komt
([KOUDE VULLING] – [DIFFERENTIAAL]) zou de pomp moeten starten. Sluit het aftappunt zodra de
pomp start en laat de systeemdruk stijgen. Zodra de [KOUDE VULLING] druk is bereikt, zou de pomp
moeten stoppen.
Als het apparaat een dubbelpompmodel is, moet deze test worden herhaald totdat beide pompen
hebben gedraaid en het systeem met succes opnieuw onder druk hebben gezet.
31