Onderstaande tabel geeft de details van alle menu‐onderdelen, in de volgorde waarin ze zullen
verschijnen:
Menu‐
#
onderdeel
21
.
COLD FILL
1
21
.
HIGH SET
2
3
LOW SET
DIFFEREN‐
4
TIAL
FLOOD
5
LIMIT
PUMP 1
6
COUNT
PUMP 1
7
HOURS
16
De vereiste vuldruk, d.w.z. 'uitschakeldruk' pomp.
De aanbevolen instelling is 0,3 bar boven de statische druk van het
systeem (0,1 bar per meter statische hoogte).
Bijvoorbeeld, een installatie van 14 m hoog zal een statische druk
van 1,4 bar hebben, waardoor de aanbevolen koude vuldruk 1.7 bar
is.
Het is niet mogelijk om een hogere waarde dan de huidige [HOGE
DRUK] of lager dan de huidige [LAGE DRUK] in te voeren.
De instelling voor het hogedrukalarm.
Als de druk in het systeem deze waarde bereikt, wordt het <HOGE
DRUK> alarm en het algemene alarm geactiveerd.
De aanbevolen instelling is 10% onder de veiligheidsklep insteldruk.
Als de insteldruk van de veiligheidsklep bijvoorbeeld 3 bar is, dan is
de aanbevolen instelling 2.7 bar.
Het is niet mogelijk om een waarde lager dan de huidige [KOUDE
VULLING] waarde in te voeren
De instelling voor het lagedrukalarm.
Als de druk in het systeem deze waarde bereikt, wordt het <LAGE
DRUK> alarm en het algemene alarm geactiveerd.
De aanbevolen instelling is 0,5 bar onder de [KOUDE VULLING] druk.
Het is niet mogelijk om een waarde lager dan de huidige [KOUDE
VULLING] waarde in te voeren
Het verschil tussen de 'inschakeldruk' en de 'uitschakeldruk' van de
drukpompen.
De inschakeldruk zal gelijk zijn aan de [KOUDE VULLING] druk minus
de differentiaaldruk.
Als bijvoorbeeld de [KOUDE VULLING] druk op 1,5 bar is ingesteld en
het differentieel op 0,2 bar, dan zal de 'inschakeldruk' van de pomp
1,3 bar (1,5‐0,2 = 1.3) zijn
De maximale ononderbroken werkingsduur voor elk van
drukpompen.
Als een pomp ononderbroken langer dan deze periode draait, zal de
pomp stoppen en wordt er een <STROOMLIMIET> alarm
geactiveerd.
Dit om te voorkomen dat het apparaat grote hoeveelheden water
pompt bij een groot lek/breuk in de pijpleiding.
Het kan zijn dat deze waarde bij zeer grote systemen moet worden
verhoogd.
De waarde kan met stappen van 10 minuten worden gewijzigd tot
maximaal 990.
Het cumulatieve aantal keren dat pomp 1 is ingeschakeld.
Dit is een cumulatieve teller waarvan de waarde niet kan worden
gewijzigd. Als de code van de technicus wordt gebruikt, kan de teller
op nul worden gezet door de (MUTE) knop ingedrukt te houden.
De cumulatieve looptijd van pomp 1.
Dit is een cumulatieve teller waarvan de waarde niet kan worden
gewijzigd. Als de code van de technicus wordt gebruikt, kan de teller
op nul worden gezet door de (MUTE) knop ingedrukt te houden.
Functie
Standaard
waarde
1,0 bar
2,7 bar
0,5 bar
0,2 bar
10 MIN.
‐
‐