Herstellen van defecten
3.
Maak de motor klaar om te starten. Voor
meer informatie, zie pagina 25. Zorg er-
voor dat de motor in neutraal staat en
dat de vergrendelingsplaat van de mo-
torstopschakelaarstreng vastgemaakt is
aan de motorstopschakelaar.
4.
Zet de hoofdschakelaar aan.
OFF
5.
Steek het geknoopte uiteinde van de
noodstartkoord in de inkeping in de
vliegwielrotor en wind de koord verschil-
68
ZMU03670
ON START
ZMU01906
lende keren met de wijzers van de klok
mee rond het vliegwiel.
6.
Geef een stevige ruk aan de koord om
de motor aan te zwengelen. Herhaal in-
dien nodig.
DWM00620
WAARSCHUWING
Installeer de motorkap niet terwijl de mo-
tor draait.
DMU29760
Behandeling van een
ondergedompelde motor
Als de buitenboordmotor ondergedompeld
werd, moet hij onmiddellijk naar een
Yamaha-dealer worden gebracht. Anders
kan hij bijna onmiddellijk beginnen te roes-
ten.
Als het niet mogelijk is om de buitenboord-
motor onmiddellijk naar een Yamaha-dealer
te brengen, volg dan de onderstaande pro-
cedure om de beschadiging van de motor zo
veel mogelijk te beperken.
DMU29790
Procedure
1.
Verwijder modder, zout, zeewier en der-
gelijke grondig met zoet water.
2.
Verwijder de bougie(s) en richt de bou-
gieopeningen naar beneden om water,
modder en contaminanten te lozen.
3.
Tap de brandstof af van de dampaf-
scheider, de brandstoffilter en de brand-
ZMU03671