nodig. Als er water in de brandstof wordt
gevonden,
moeten
Yamaha-tank en de andere tanks wor-
den gecontroleerd en gereinigd.
2
3
5
1
1. Filterhuis
2. Filterelement
3. O-ring
4. Filterhuis
5. Vlotter
4.
Installeer het filterelement weer in de
beker. Zorg ervoor dat de O-ring op de
juiste manier in de beker is aangebracht.
Draai de beker stevig vast op het filter-
huis.
5.
Bevestig de filterconstructie aan de
bracket.
6.
Laat de motor draaien en controleer de
filter en de leidingen op lekken.
DMU29040
Controle van de vrijloopsnelheid
DWM00450
WAARSCHUWING
Verwijder of raak geen elektrische on-
G
derdelen aan bij het starten of als de
motor draait.
Hou handen, haar en kleren uit de buurt
G
van het vliegwiel en andere draaiende
onderdelen als de motor draait.
2-pk-modellen: Als de motor draait,
G
draait ook de propeller. Laat de gashen-
del in de startstand staan tijdens het
de
draagbare
4
ZMU05098
opwarmen. Anders zou de boot zich on-
verwachts in beweging kunnen zetten
en een ongeluk veroorzaken.
DCM00490
OPGELET:
Die procedure moet worden uitgevoerd
terwijl de buitenboordmotor in het water
steekt. Er kan gebruik worden gemaakt
van een doorspoelaansluiting of een test-
tank.
Er dient een diagnostische toerenteller te
worden gebruikt bij deze procedure. De re-
sultaten kunnen variëren naargelang van de
manier waarop de test wordt uitgevoerd: met
de doorspoelaansluiting, in een testtank of
met de buitenboordmotor in het water.
1.
Start de motor en laat hem in de neutrale
stand warm lopen tot hij soepel draait.
2-pk-model: warm de motor op met de
gashendel in de startstand of lager. Als
de buitenboordmotor op een boot is ge-
monteerd, dient u ervoor te zorgen dat
die stevig is aangemeerd.
NOTA:
Controle van de juiste vrijloopsnelheid is en-
kel mogelijk als de motor volledig is opge-
warmd. Als hij niet volledig is opgewarmd,
zal de vrijloopsnelheid hoger zijn dan nor-
maal. Raadpleeg een Yahama-dealer of een
andere bevoegde mecanicien als u moeilijk-
heden ondervindt bij het controleren van de
vrijloopsnelheid of als de vrijloopsnelheid
moet worden afgesteld.
2.
Controleer of de vrijloopsnelheid over-
eenkomt met de specificaties. Voor de
vrijloopsnelheidspecificaties zie pagina
39.
Onderhoud
51