telbekrachtigingseenheid druk verliest.
5.
Modellen uitgerust met trimstaven: Zo-
dra de buitenboordmotor wordt onder-
steund door de kantelsteunhendel, drukt
u op de trim- en kantelbekrachtigings-
schakelaar "
ven in te trekken.
DCM00250
OPGELET:
Zorg ervoor dat de trimstangen volledig
ingetrokken zijn bij het aanmeren. Daar-
door worden ze beschermd tegen aan-
groeiing en roest, zodat het trim- en
kantelbekrachtigingsmechanisme
wordt beschadigd.
DMU28041
Procedure voor het naar beneden
kantelen (modellen met handmatige
en hydraulische kantelinrichting)
1.
Zet de kantelvergrendelhendel los.
2.
Houd de achterkant van de motorkap
vast met één hand, kantel de buiten-
boordmotor lichtjes omhoog en trek de
kantelsteunknop uit of zet de kantel-
steunstang weer op haar plaats.
" (omlaag) om de trimsta-
ZMU03642
3.
Kantel de buitenboordmotor voorzichtig
omlaag.
4.
Plaats de kantelvergrendelhendel in de
vergrendelde stand.
niet
DMU28053
Procedure voor omlaag kantelen
Modellen met trim- en kantelbekrachtiging /
modellen met kantelbekrachtiging
1.
Duw de kantelbekrachtigings- / trim- en
kantelbekrachtigingsschakelaar
(omhoog) tot de buitenboordmotor wordt
ondersteund door de kantelstang en de
kantelsteunhendel / kantelsteunknop
vrijkomt.
2.
Laat de kantelsteunhendel los of trek de
kantelsteunknop uit.
Werking
ZMU03644
ZMU03643
"
"
35