Procesparame-
De volgende procesparameters kunnen worden ingesteld voor Synchropuls-las-
ters voor Syn-
sen:
chropuls
(1) Synchropuls
voor het activeren/deactiveren van Synchropuls
uit / aan
Fabrieksinstelling: aan
(2) Draadtoevoer
voor het instellen van de gemiddelde draadsnelheid en dus het lasvermogen met
Synchropuls
Bijvoorbeeld: 2 - 25 m/min (ipm)
(afhankelijk van de draadtoevoer en de laskarakteristiek)
Fabrieksinstelling: 5,0 m/min
(3) Draadtoevoersnelheidsvariatie
voor het instellen van de draadtoevoersnelheidsvariatie:
met Synchropuls wordt de ingestelde draadsnelheid afwisselend verhoogd en
verlaagd door de draadtoevoersnelheidsvariatie. De betroffen parameters passen
zich aan deze versnelling/vertraging van de draadaanvoer aan.
0,1 - 6,0 m/min / 5 - 235 ipm
Fabrieksinstelling: 2,0 m/min
OPMERKING!
De maximaal instelbare draadtoevoersnelheidsvariatie van 6 m/min (235 ipm) is
slechts mogelijk tot een frequentie van ca. 3 Hz.
In het frequentiebereik van 3 - 10 Hz neemt de instelbare draadtoevoersnel-
heidsvariatie af.
(4) Frequentie
voor het instellen van de frequentie bij Synchropuls
0,5 - 10,0 Hz
Fabrieksinstelling: 3,0 Hz
OPMERKING!
In het TWIN-bedrijf is de frequentie-instelling op de Lead-stroombron ook van
invloed op de Trail-stroombron.
Het instellen van de frequentie op de Trail-stroombron heeft geen effect.
(5) Duty Cycle (high)
voor het bepalen van de periodeduur van het hogere werkpunt in een Syn-
chropuls-periode
10 - 90%
Fabrieksinstelling: 50 Hz
OPMERKING!
In het TWIN-bedrijf is de Duty Cycle-instelling (high) op de Lead-stroombron
ook van invloed op de Trail-stroombron.
Het instellen van de Duty Cycly (high) op de Trail-stroombron heeft geen effect.
143