7 Inspectie en onderhoud
7.2.2
Verbrandingskamer en spiraalbuizen reinigen
i
Bij gebruik van een condenshefpomp moet u
de afvoerslang van de ketel van de pomp los-
maken en deze in een bak leggen, aangezien
de pomp anders kan overlopen.
i
Breng geen voorwerpen of slangen in de spi-
raalbuizen naar binnen. Deze kunnen zich
vastzetten in de spiraalbuizen en het toestel
zodoende onbruikbaar maken.
1
Afb. 7.6 Flensmoeren losdraaien
> Draai voor het wegnemen van de branderflens de vijf
moeren (1) los (steeksleutel M 6).
> Draai de branderflens met de klok mee en neem deze
weg.
Afb. 7.7 Geopende verbrandingskamer
> Controleer het afdichtingsprofiel (1) op beschadiging
en slijtage en vervang dit eventueel.
44
Afb. 7.8 Reinigingsborstels wegnemen
Legenda
1
Condensafvoerborstel
2 Borstel voor reiniging van de verbrandingskamer
> Neem de beide reinigingsborstels weg. De reinigings-
borstels bevinden zich onderin achter de mantel.
> Verwijder de leiplaat (2, zie afb. 7.7) met de haak van
de meegeleverde condensafvoerborstel en maak de
leiplaat schoon.
> Reinig de verbrandingskamer vochtig met de grote
borstel. Gebruik gangbaar afwasmiddel of olietoestel-
reiniger, dat u het beste met een spuitflacon aan-
brengt.
> Spuit de spiraalbuizen bovenin met de reiniger in en
spoel met water na.
> Bij sterke vervuiling van de ketel/spiraalbuizen (b.v. na
sterke roetontwikkeling bij een branderstoring) kunt u
de spiraalbuizen met de als toebehoren verkrijgbare
reinigingsset (art.-nr.: 0020017065) doorspoelen.
Neem hierbij goed nota van de instructies in de
gebruiksaanwijzing van de reinigingsset.
> Wacht voor de volgende stappen tot het water hele-
maal uit de verbrandingskamer gelopen is.
1
> Breng de leiplaat weer in de verbrandingskamer aan.
> Monteer de branderflens.
i
Let erop dat de randaardedraad goed op de
bout van de branderflens zit. (zie afb. 7.9).
2
Afb. 7.9 Randaardedraad op branderflens bevestigen
Installatie- en onderhoudshandleiding icoVIT exclusiv 0020070604_03
1
2