De icoVIT exclusiv kan zowel afhankelijk van de omge-
vingslucht als onafhankelijk van de omgevingslucht
gebruikt worden.
Daarbij moet het toestel met een verbrandingsluchttoe-
voer/rookgasafvoer (Ø 80/125 mm) uit de Vaillant toebe-
horen gecombineerd worden.
De keuze van het best geschikte systeem is afhankelijk
van de individuele montage-omstandigheden of de toe-
passing (zie ook meegeleverde montagehandleiding van
de verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer).
i
Let er bij de installatie van het rookgastoebe-
horen op dat aan de bovenkant van het toe-
stel een vrije ruimte van ten minste 50 cm
naar boven blijft, om de brander op de daar-
voor bestemde reinigingspositie af te leggen.
Afb. 5.7 Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer met Vaillant
toebehoren (voorbeelden)
> Plaats vóór de montage van de verbrandingsluchttoe-
voer/rookgasafvoer het meegeleverde tussenstuk
80/125 met testopening.
> Monteer de verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer
aan de hand van de bij dit toestel meegeleverde mon-
tagehandleiding.
5.8
Condensafvoer
Het bij de oliegestookte HR-techniek vrijkomende con-
denswater is een verdund zuur met een pH-waarde van
1,8 tot 3,7.
Vaillant biedt voor neutralisatie van het condenswater
als toebehoren de olieneutralisatie-inrichting
art.-nr. 0020017503 aan.
Installatie- en onderhoudshandleiding icoVIT exclusiv 0020070604_03
a
Gevaar!
Gevaar voor brandwonden door condenswa-
ter!
Condens is zuurhoudend en kan brandwonden
op uw huid of aan uw ogen veroorzaken.
> Draag bij werkzaamheden aan de condens-
afvoer dienovereenkomstige veiligheidskle-
ding (rubberhandschoenen, veiligheidsbril).
a
Gevaar!
Uitstromende rookgassen zijn levensge-
vaarlijk!
Rookgas kan door de niet bedrijfsvaardige
condensafvoer uittreden.
> De condensafvoer moet u voor de inbe-
drijfstelling aansluiten en vullen.
i
De condensafvoer moet een vrije afvoer heb-
ben, aangezien zich anders condenswater in
de rookgasbuis kan verzamelen en storingen
in de brander kan veroorzaken.
i
Plaats de condensaatslangen binnen en bui-
ten het gebouw vrij en zonder trekbelasting
of knikken.
i
Let bij het leggen van de condensafvoer op
voldoende verval. Bevindt de afvoer zich meer
dan 17 cm boven de vloer, dan is het gebruik
van een condenshefpomp noodzakelijk!
i
Vul geen water in de aansluitstomp voor verse
lucht lopen, aangezien anders water in de ver-
brandingsluchtslang van de brander loopt en
storingen in het toestel kan veroorzaken.
i
Gebruik alleen conform DIN 1986-4 toegelaten
afvoerbuizen, als bij de installatie de condens-
water-afvoerleiding verlengd moet worden.
5.8.1
Condensafvoer zonder
neutralisatie-inrichting installeren
> Leid de meegeleverde condensslang aan de achter-
zijde van de ketel naar buiten en sluit deze op de rio-
lering of een condenshefpomp (art.-nr. 301368) aan.
> Controleer of het andere einde van de condensaat-
slang vast op de afvoer van de rookgasverzamelaar
zit.
Installatie 5
19