Limits: Hartslaglimieten trainingszone.
MAX: Duidt dit op de hoogste hartslag.
MAX%: Geeft dit aan wat het
percentage is van uw huidige hartslag
ten opzichte van uw maximum hartslag.
Mem full: Verschijnt op het display
wanneer het geheugen vol is. U kunt uw
training voortzetten en rondetijden
blijven bijhouden, maar deze zullen niet
in het bestand worden opgeslagen.
MIN: Geeft de minimum hartslag van de
training in de File-functie aan.
Mon: Maandag
ms: Milliseconde
Online*: Online registratie biedt u de
mogelijkheid uw hartslag direct naar een
computer over te brengen. Houd de
ontvanger binnen het ontvangstbereik
(20 cm) van de interface en binnen het
bereik van de borstband (1 meter).
OPTIONS: Geeft de optiefunctie aan.
OwnCal: Berekent het energieverbruik
in kilocalorieën tijdens de training.
1 kilocalorie (kcal) = 1000 calorieën (cal).
U kunt bijhouden hoeveel calorieën u
verbrandt tijdens één trainingssessie of
gedurende een dag, week of zelfs een
jaar. OwnCal kan worden gebruikt als
maateenheid voor de training of voor
een voedingsschema. De
calorieberekening van OwnCal begint als
* Polar IR-interface vereist.
M 92
S810i manual NLD A.pm6
92-93
uw hartslag 90 slagen per minuut bereikt
of boven 60 % van uw maximum
hartslag uitkomt, afhankelijk van het
laagste gegeven. Deze limieten zijn zo
ingesteld dat alleen trainingscalorieën
worden geteld. Hoe hoger de hartslag,
des te sneller stijgt het energieverbruik.
OwnCal wordt individueel gekalibreerd
door het vooraf ingegeven gewicht, de
maximale zuurstofopname (VO
) en de
2max
maximum hartslag (HR
). De meest
max
nauwkeurige OwnCal wordt verkregen
als de -tijdens een loopband- of fietstest-
gemeten VO
en HR
in de ontvanger
2max
max
worden ingevoerd. Het meten van het
energieverbruik is het meest nauwkeurig
tijdens constante activiteiten zoals
fietsen en lopen.
OwnINDEX: Resultaat van de Polar
Fitness Test en vergelijkbaar met de
maximale zuurstofopname (VO
) kg/
2max
ml/min.
P1-P6, trainingsfasen: Geeft de
voorprogrammeerbare trainingsfasen
van de profieltraining aan. Elke fase
omvat een instelbaar aantal
intervalperioden en een herstelperiode.
Profil: Geeft een voorprogrammeerbaar
trainingsprofiel met zes optionele fasen
aan.
RecoHr, herstel op basis van hartslag:
U stelt in bij welke hartslag de
herstelberekening wordt beëindigd. In
de File-functie ziet u de daling van uw
hartslag en de hersteltijd.
RecoTime, herstel op basis van tijd:
U stelt de hersteltijd bij de Options-
functie in. In de File-functie ziet u de
daling van uw hartslag en de hersteltijd.
Rlx, Ontspanningsgraad: De
ontspanningsgraad is het handigst bij
het meten van uw hartslag tijdens
rustperioden of lichte dagelijkse
activiteiten, zoals
kantoorwerkzaamheden. Na een
training, bijvoorbeeld de volgende
ochtend, biedt deze een indicatie voor
de mate van uw fysieke herstel. Een
rusthartslag die aanmerkelijk hoger of
een ontspanningsgraad die lager is dan
normaal, kan op een onvolledig herstel
wijzen. Ook mentale spanningen
verhogen de hartslag en verlagen de
ontspanningsgraad doorgaans. De
meting van de ontspanningsgraad
geschiedt op basis van de
hartslagvariatie die de toestand van het
autonome zenuwstelsel aangeeft. De
hartslagvariatie is sterk individueel en
neemt doorgaans geleidelijk af.
30.7.2002, 07:54
RR: De R-R opnamefrequentie meet de
intervallen tussen de hartslagen, d.w.z.
de tijd in milliseconden tussen de
achtereenvolgende hartslagen. Deze
informatie wordt bij geregistreerde
samples eveneens aangegeven als de
directe hartslag (in slagen per minuut).
Het meten van elke interval is moeilijker
dan het berekenen van de gemiddelde
hartslag, omdat het registratie-interval
gevoeliger is voor storingen tijdens het
meetproces. Voor een goed contact
tussen uw huid en de borstband raden
wij het gebruik van contactgel (ECG-gel)
aan. Het is raadzaam zo min mogelijk
gebruik te maken van de heart touch-
functie en verlichting, omdat de
hartslagontvanger geen nieuwe
hartslagintervallen registreert wanneer
de verlichting aan is. Ook het gebruik
van het geluidssignaal bij activiteiten of
het indrukken van knoppen kan ertoe
leiden dat het registratie-interval soms
niet wordt gedetecteerd.
Meetresultaten die als onjuiste
hartslaggegevens zijn geïnterpreteerd,
kunnen met de Polar Precision
Performance software worden
aangepast en gecorrigeerd.
Sat: Zaterdag
M 93