Inhoudsopgave
Advertenties
Algemene motorgegevens
Servicefactor
Bedrijfswijze bij ondergedom-
pelde motor
Toegestane mediumtemperatuur 35 °C
Isolatieklasse
Beschermingsklasse
Standaard kabellengte
Asafdichting
glijringafdichting
Lagering
3.3.3. Bewakingscontroles
Het aggregaat is uitgerust met verschillende bewakings-
en veiligheidsinrichtingen. In de volgende tabel vindt u
een overzicht van de beschikbare opties. Naargelang het
formaat van de persaansluiting kunnen opties variëren.
Motortype
Motorversie
G...
Temperatuurbewaking wikkeling (alleen 50 Hz)
G.../C(S)
Temperatuurbewaking wikkeling,
afdichtingsbewaking oliekamer (& statorruimte)
GU...(S)
Omstroomde motor ,temperatuurbewaking
wikkeling, afdichtingsbewaking oliekamer
(& statorruimte)
GL...(S)
Omstroomde motor ,intern koelcircuit,
temperatuurbewaking wikkeling,
afdichtingsbewaking lekkagekamer (& statorruimte)
G...EX
Temperatuurbewaking wikkeling, explosieveilig
G.../C(S) EX
Temperatuurbewaking wikkeling, afdichtingsbewa-
king oliekamer & motoraansluitruimte
(& statorruimte), explosieveilig
GU...(S) EX
Omstroomde motor ,temperatuurbewaking wikke-
ling, afdichtingsbewaking oliekamer
(& statorruimte), explosieveilig
GL...(S) EX
Omstroomde motor ,intern koelcircuit, tempera-
tuurbewaking wikkeling, afdichtingsbewaking
lekkagekamer (& statorruimte), explosieveilig
Temperatuurvoeler
Alle pompen zijn uitgerust met een temperatuurvoelerset
in de motorwikkelingen. Bij pompen in normale uitvoering
worden de aansluitingen van de temperatuurvoelers via
de aansluitkabel naar buiten geleid en moeten deze via de
adereinden T1 en T3 van de aansluitkabel zo worden aan-
gesloten in de schakelkast, dat automatische herinscha-
keling na afkoeling van de motor plaatsvindt.
De explosieveilige uitvoeringen hebben in plaats van de
standaardvoelers een temperatuurvoelerset met een ho-
gere activeringstemperatuur, die via de adereinden T1 en
T2 van de aansluitkabel zo moet worden aangesloten, dat
na activering een handmatige reset via een speciale re-
laiscombinatie in het schakeltoestel nodig is.
40 | nEDErlanDS
1.15
S1
H (180 °C)
IP68
10 m
Siliciumcarbide/siliciumcarbide
(motorzijde),
siliciumcarbide/siliciumcarbide
(mediumzijde)
een groefkogellager (boven),
twee
hoekcontactkogellagers
(onder)
De temperatuurvoelerset moet in het schakelsysteem
worden aangesloten, opdat deze bij oververhitting uit-
schakelt.
Activeringstemperatuur van de temperatuurbewa-
king/sensoren:
Motor
Wikkeling
Wikkeling
normaal
Ex
T1+T3
T1+T2
regelaar
begrenzer
AM303...
150 °C
150 °C
G 4-polig
AM303...
150 °C
150 °C
G 6-polig
AM303...
150 °C
150 °C
G 8-polig
Draairichtingscontrole
Alle pompen hebben de juiste draairichting bij aanslui-
ting op een rechtsdraaiveld (U, V, W -> L1, L2, L3). HO-
MA-schakeltoestellen controleren het net op rechtsdraai-
veld. Is er geen rechtsdraaiveld, dan brandt de rode led.
Er moeten twee fasen worden omgewisseld bij de ingang
van het schakeltoestel. Bij kleinere pompen kan de con-
trole plaatsvinden door de start-schok te observeren. Hier-
toe de pomp verticaal, iets op de rand op de grond zetten
en kort inschakelen. Van bovenaf gezien schokt de pomp
bij de juiste draairichting iets tegen de klok in.
De pomp heeft de juiste draairichting als deze zich tegen
de klok in beweegt, omdat de motor van bovenaf gezien
met de klok mee draait.
AANDACHT
De draairichting correct
toegepast als het is
loopwiel / propeller draait
met de klok mee als je
langs van de top van de
geplaatste eenheid
Bij grote pompen is de draairichting ook te herkennen
door via de persaansluiting in de pompkamer te kijken.
Hier is de waaier te zien en kan de draairichting worden
gecontroleerd na kort inschakelen, bij het uitlopen van de
waaier.
Waarschuwing voor draaiende waaier!
Raak de draaiende waaier niet aan en grijp niet door
de persaansluiting in de pompkamer! Grijp tijdens
het bedrijf nooit in de pompkamer en raak draaiende
onderdelen niet aan. Schakel de machine vóór on-
derhouds- of reparatiewerkzaamheden uit en laat de
draaiende onderdelen tot stilstand komen!
Bovendien is het mogelijk de draairichting met een "Mo-
tor- en fase-rotatie-indicator" te controleren. Dit meettoe-
stel wordt aan de buitenkant tegen het motorhuis van de
ingeschakelde pomp gehouden en geeft d.m.v. een led de
draairichting aan.
Lager
Lager
onder
boven
90 °C
105 °C
90 °C
105 °C
90 °C
105 °C
AANDACHT
De sterren reactie is
tegen de klok
Advertenties
Inhoudsopgave
