Wireless Local Area Network (WLAN) aansluiten en instellen
OPMERKING: De aanwezigheid van het WLAN-pictogram in het menu Settings (Instellingen) betekent
dat WLAN-functies aanwezig zijn.
De medewerker van de IT-afdeling moet:
•
Een of meer draadloze toegangspunten configureren.
•
Het E-Scribe werkstation configureren.
•
De configuratiewaarden voor de ELI 280 WLAN instellen.
Ga als volgt te werk om de ELI 280 gereed te maken voor WLAN-transmissie:
1. Kies
op het real-time display.
2. Kies Advanced (Geavanceerd).
3. Kies WLAN.
4. Configureer de ELI 280 voor Dynamic Host Communication Protocol (DHCP) of static IP. De
versleutelingsopties voor draadloze veiligheid zijn onder meer:
•
WEP
•
WEP 128
•
WEP 64
•
WPA-PSK
•
WPA-LEAP
•
WPA-PSK64
•
WPA-PSK128
•
WPA-LEAP64
•
WPA-LEAP128
•
WPA2-PSK
•
WPA2-PEAP
•
WPA2-EAP-TLS
•
WPA2-EAP-TLS(p12/pfx)
OPMERKING: Omgevingsfactoren kunnen de betrouwbaarheid van WLAN-verzendingen beïnvloeden. Instellingen
of wijzigingen voor WLAN Connect (WLAN aansluiten) vinden plaats in het menu Settings (Instellingen).
Als DHCP wordt ingesteld op NO (NEE), heeft uw draadloze toegangspunt een statische netwerkinstelling en
moeten de volgende parameters op het apparaat worden geconfigureerd:
•
IP Address (IP-adres)
•
Default Gateway (Standaard gateway)
•
Sub Net Mask
Als DHCP wordt ingesteld op YES (JA) beschikken uw draadloze toegangspunten over een automatische
netwerkinstelling en IP-adres. De standaard gateway en het Sub Net Mask hoeven niet te worden geconfigureerd.
80
ECG'S VERZENDEN EN AANSLUITOPTIES