7. Inbedrijfstelling
7.4
Machine aanbouwen aan de tractor
7.4.1
Voorwaarden
Levensgevaar door ongeschikte tractor
Het gebruik van een ongeschikte tractor voor de machine kan tot zeer zware ongevallen bij gebruik
en transportrit leiden.
▶
Enkel tractors gebruiken die aan de technische vereisten van de machine beantwoorden.
▶
Aan de hand van de voertuigdocumenten controleren of uw tractor voor de machine geschikt
is.
Controleer in het bijzonder de volgende voorwaarden:
•
Is zowel de tractor als de machine veilig voor gebruik?
•
Voldoet de tractor aan de mechanische, hydraulische en elektrische eisen?
•
Stemmen de aanbouwcategorieën van tractor en machine overeen (evt. overleg met de
handelaar)?
•
Staat de machine stabiel op een vlakke, stevige ondergrond?
•
Stemmen de aslasten met de opgegeven berekeningen overeen?
7.4.2
Aanbouw
Levensgevaar door onachtzaamheid of verkeerde bediening
Er bestaat levensgevaar door beknelling voor personen die zich bij het manoeuvreren met de
tractor of bij het bedienen van de hydraulica tussen tractor en machine bevinden.
De tractor kan door onachtzaamheid of verkeerde bediening te laat of helemaal niet worden
afgeremd.
▶
Alle personen uit de gevarenzone tussen tractor en machine wegsturen.
•
De machine wordt aan de driepuntsophanging (achtertrekhaak) van de tractor aangebouwd.
Voor normale bemesting en late bemesting steeds de bovenste koppelpunten van de machine
gebruiken. Zie Afb. 15 Aanbouwpositie
42
GEVAAR!
GEVAAR!
5903281
AERO 32.1