Afb. 1: Gevarenzone bij aangehangen apparaten
A
Gevarenzone tijdens het strooibedrijf
•
Tijdens het strooibedrijf resp. bij het in-/uitklappen van de arm moet u erop letten dat er zich geen
personen in het strooibereik [A] van de machine bevinden.
•
Zet de machine en de tractor onmiddellijk stil indien er zich personen in de gevarenzone van de
machine bevinden.
•
Als u de machine aan de tractor koppelt/ervan loskoppelt of het zwenkframe zwenkt, stuurt u alle
personen uit de gevarenzones [B].
3.5.5
Lopend bedrijf
•
Bij functiestoringen van de machine moet u de machine onmiddellijk stilzetten en beveiligen tegen
opnieuw inschakelen. Laat de storingen direct verhelpen door hiervoor gekwalificeerd personeel.
•
Stap nooit op de machine.
•
Gebruik de machine alleen met gesloten beschermroosters in de voorraadbak. Het
beschermrooster tijdens het bedrijf niet openen en niet verwijderen.
•
Gebruik de machine alleen met gemonteerde beschermende afdekkingen.
•
Roterende machinedelen kunnen ernstig letsel veroorzaken. Let er daarom op dat u nooit met
lichaamsdelen of kledingstukken in de buurt van roterende delen komt.
•
Leg nooit vreemde voorwerpen (bijv. schroeven, moeren) in de voorraadbak.
•
Weggeslingerde meststof kan leiden tot ernstig letsel (bijv. van de ogen). Let er daarom op dat
zich niemand in het strooibereik van de machine bevindt.
•
Bij te hoge windsnelheden moet u het strooien staken, daar het naleven van de strooizone niet
gewaarborgd kan worden.
•
Zorg er voordat de arm wordt bediend voor dat er voldoende ruimte is en niemand zich in de
gevarenzone bevindt resp. er geen andere hindernissen aanwezig zijn.
•
De arm kan bij oneffenheden in het terrein in aanraking komen met de bodem of met
hindernissen. Vermijd gevaarlijke situaties, bijv. het aanraken van vrijliggende leidingen die onder
spanning staan.
•
Klap de arm uitsluitend op horizontale oppervlakken uit of in.
•
Klap de arm niet in de onmiddellijke omgeving van vrijliggende leidingen uit of in. Let op
voldoende veiligheidsafstand.
•
Stap nooit onder elektrische hoogspanningsleidingen op de machine of de tractor.
AERO 32.1
B
Gevarenzone
afkoppelen van de machine
5903281
3. Veiligheid
bij
het
aankoppelen/
13