Pagina 1
GEBRUIKSAANWIJZING Vóór inbedrijfstelling zorgvuldig doorle- zen! Bewaren voor toekomstig gebruik Deze gebruiksaanwijzing/montage- handleiding is een deel van de machi- ne. Leveranciers van nieuwe en gebruikte machines zijn verplicht, om schriftelijk te documenteren dat de ge- bruiksaanwijzing/ montagehandlei- Originele gebruiksaanwijzing ding met de machine geleverd en aan de klant overhandigd werd.
Voorwoord Geachte klant, Met de aankoop van de boomstrooier voor minerale mest van de serie AERO GT 60.1 heeft u vertrouwen in ons product getoond. Hartelijk dank! Dit vertrouwen willen wij rechtvaardigen. U hebt een krachtige en betrouwbare machine gekocht.
Inhoud Voorwoord Gebruik volgens de voorschriften Aanwijzingen voor de gebruiker Over deze gebruiksaanwijzing ......... 3 Opbouw van de gebruiksaanwijzing .
Pagina 4
Inhoud Machinegegevens Fabrikant............27 Beschrijving van de machine .
AERO GT 60.1 aangebrachte waarschuwingen en waarschuwingstekens op te voorzie- ne onjuiste toepassingen. Neem deze waarschuwingen en waarschuwingstekens in acht om het gebruik van de boomstrooier voor minerale mest uit de serie AERO GT 60.1 op een niet conform de gebruiksaanwijzing bedoelde wijze te voorkomen.
Aanwijzingen voor de gebruiker Aanwijzingen voor de gebruiker Over deze gebruiksaanwijzing Deze gebruiksaanwijzing is bestanddeel van de machine. De gebruikshandleiding bevat belangrijke aanwijzingen voor een veilig, deskun- dig en economisch gebruik en onderhoud van de machine. Het naleven ervan helpt gevaren te vermijden, reparatiekosten en uitvaltijden te verminderen en de betrouwbaarheid en levensduur van de machine te verhogen.
Aanwijzingen voor de gebruiker Aanwijzingen voor de tekstweergave 2.3.1 Instructies en aanwijzingen Door bedieningspersoneel uit te voeren handelingen zijn weergegeven als ge- nummerde lijst. 1. Handelingsinstructie stap 1 2. Handelingsinstructie stap 2 Instructies die slechts één enkele stap omvatten, worden niet genummerd. Dit geldt ook voor handelingen waarbij de volgorde waarin ze worden uitgevoerd, niet dwingend voorgeschreven is.
Veiligheid Veiligheid Algemene aanwijzingen Het hoofdstuk Veiligheid bevat fundamentele waarschuwingen, werk- en verkeersveilig- heidsvoorschriften voor de omgang met de getrokken machine. Het opvolgen van de aanwijzingen in dit hoofdstuk is van fundamenteel belang voor een veilige omgang met en een storingsvrij gebruik van de machine. Bovendien zijn in de andere hoofdstukken van deze gebruiksaanwijzing verdere waar- schuwingen te vinden, die u eveneens nauwkeurig in acht dient te nemen.
Pagina 12
Veiligheid Gevarenniveaus van de waarschuwingen Het gevarenniveau wordt door het signaalwoord aangegeven. De gevarenniveaus zijn als volgt geclassificeerd: n GEVAAR Soort en bron van gevaar Deze waarschuwing waarschuwt voor een onmiddellijk dreigend gevaar voor de gezondheid en het leven van personen. Veronachtzaming van deze waarschuwingen leidt tot zeer ernstig letsel, ook met dodelijke afloop.
Veiligheid Veiligheid van de machine - algemeen De machine is gebouwd volgens de actuele stand van de techniek en de erkende techni- sche voorschriften. Toch kunnen bij het gebruik en het onderhoud ervan gevaren voor de gezondheid en voor lijf en leven van gebruiker of derden resp. beschadigingen van de machine en andere materiële zaken ontstaan.
Veiligheid 3.4.3 Ongevallenpreventie De veiligheids- en ongevallenpreventievoorschriften zijn in ieder land wettelijk geregeld. Voor het naleven van de in het desbetreffende land geldende voorschriften is de exploi- tant van de machine verantwoordelijk. Neem bovendien nog goed nota van de volgende aanwijzingen: Laat de machine nooit zonder toezicht werken.
Veiligheid 3.5.3 Controles vóór de inbedrijfstelling Controleer vóór de eerste en iedere verdere inbedrijfstelling de machine op gebruiksvei- ligheid. Zijn alle veiligheidsinrichtingen op de machine aanwezig en functioneren deze? Zijn alle bevestigingsdelen en dragende verbindingen vast aangebracht en verkeren ...
Veiligheid 3.5.5 Lopend bedrijf Bij functiestoringen van de machine moet u de machine onmiddellijk stilzetten en be- veiligen. Laat de storingen direct verhelpen door hiervoor gekwalificeerd personeel. Stap nooit bij ingeschakelde strooi-inrichting op de machine. Roterende machinedelen kunnen ernstig letsel veroorzaken. Let er daarom op dat u ...
Veiligheid Hydraulisch systeem Het hydraulisch systeem staat onder hoge druk. Onder hoge druk ontsnappende vloeistoffen kunnen ernstig letsel veroorzaken en het mi- lieu in gevaar brengen. Neem goed nota van de volgende aanwijzingen om gevaren te vermijden: Bedien de machine uitsluitend onder de maximaal toegestane bedrijfsdruk. ...
Veiligheid Onderhoud en reparatie Bij onderhouds- en reparatiewerkzaamheden moet u rekening houden met extra gevaren die zich tijdens de bediening van de machine niet voordoen. Voer onderhouds- en reparatiewerkzaamheden altijd met extra aandacht uit. Werk uiterst zorgvuldig en met besef van gevaren. 3.8.1 Kwalificatie van het onderhoudspersoneel Instel- en reparatiewerkzaamheden aan het remsysteem mogen uitsluitend worden...
Veiligheid Moet u met de roterende aftakas werken, dan mag zich niemand in de buurt van de aftakas bevinden. Verhelp nooit met de hand of met de voet verstoppingen in de voorraadbak, maar ge- bruik daarvoor altijd geschikt gereedschap. Vul de voorraadbak ter voorkoming van verstoppingen alleen terwijl het beschermrooster gesloten is.
Veiligheid 3.9.2 Transportrit met de machine Het rijgedrag, de stuur- en remeigenschappen van de trekker veranderen door de getrok- ken machine. Zo wordt bijv. door een te hoge verticale last van de machine de vooras van uw trekker ontlast en zodoende het stuurvermogen beïnvloed. Pas uw rijgedrag aan de veranderde rijeigenschappen aan.
Veiligheid 3.10 Veiligheidsinrichtingen op de machine 3.10.1 Locatie van de veiligheidsinrichtingen, waarschuwings- en instructieaanwijzingen en markeringen op de machine Afb. 3.2: Locatie van de veiligheidsinrichtingen, waarschuwingen en instructies, linkerzijde [1] Afdekzeil [10] Waarschuwing wig [2] Instructie wielmoeren controleren [11] Waarschuwing verbod meerijders [3] Waarschuwing gevaar voor beknelling [12] Waarschuwing verbod op spatwater [4] Gele zijreflectoren...
Veiligheid 3.10.2 Functie van de veiligheidsinrichtingen De veiligheidsinrichtingen beschermen uw gezondheid en uw leven. De machine alleen met werkzame veiligheidsinrichtingen gebruiken. Benaming Functie Afdekking ventilatoraandrij- Voorkomt het intrekken van lichaamsdelen in de ventila- ving torlagers. Aanzuigrooster ventilator Voorkomt het intrekken van grote delen in het aanzuig- gedeelte van de ventilator.
Veiligheid 3.11 Stickers waarschuwingen en instructies Op de machine zijn verscheidene waarschuwingen en instructies aangebracht. De waarschuwingen en instructies behoren tot de machine. Ze mogen niet worden ver- wijderd of gewijzigd. Ontbrekende of onleesbare tekens moeten onmiddellijk worden ver- vangen. Als bij reparaties nieuwe onderdelen worden gemonteerd, dienen hierop dezelfde waar- schuwingen en instructies te worden aangebracht als op de oorspronkelijke onderdelen.
Pagina 26
Veiligheid Gevaar voor beknelling Gevaar voor beknelling van de hand. Het is verboden met de hand in de gevarenzone te komen. Gevaar voor vallen Bij verblijf op de machine bestaat gevaar voor vallen. Verbod op meerijden Tijdens de werking en het transport is het verboden op de machine te klimmen.
Veiligheid 3.11.2 Instructiestickers Nominaal toerental aftakas Het nominale toerental van de aftakas bedraagt 1000 omwentelingen per minuut. 1000 Instructiebord voor wielmoercontrole Verwijzing naar aanhaaldraaimomenten volgens op- gave in de gebruiksaanwijzing. Deelbreedteverdeling voor AERO GT 60.1, 30 m/32 m...
Pagina 28
Veiligheid Deelbreedteverdeling voor AERO GT 60.1, 36 m Smeerpunt Toegestane maximumsnelheid Toegestane maximumsnelheid voor speciale machine (nauwere spoorbreedte) Typeplaatje remsysteem...
Pagina 29
Veiligheid Typeplaatje as Typeplaatje dissel Typeplaatje aanhanger Frankrijk: Toelatingsplaatje DREAL PTAC : 12 000 kg Max. zul. Gesamtgewicht Masse maxi essieu 1 : 10 000 kg Max. zul. Achsgewicht Masse maxi attelage : 2 000 kg Max. zul. Stützlast Réceptionné le : Abgenommen am par la DREAL ALSACE...
Veiligheid 3.12 Markering van de machine Rauch Landmaschinenfabrik GmbH Landstr. 14 * 76547 Sinzheim * Germany Brand RAUCH Serial No xx-xxxxx Maschine Model Unladen Mass min. xxx kg / max xxx kg Made in Germany Afb. 3.6: Eerste typeplaatje voor getrokken machines...
Veiligheid Model year 20xx Year of manufacture 20xx Afb. 3.8: CE-markering [1] Modeljaar [2] Bouwjaar 3.13 Verlichtingsinstallatie met reflector en zijreflector De lichttechnische inrichtingen dienen volgens voorschrift te worden aangebracht en al- tijd in bedrijfsklare toestand te zijn. Ze mogen niet aan het zicht onttrokken of vuil zijn. De getrokken machine is in de fabriek voorzien van reglementaire signaleringen aan voor- en achterzijde en de zijkanten.
Machinegegevens Beschrijving van de machine Gebruik de machine overeenkomstig het hoofdstuk 1: Gebruik volgens de voorschriften, pagina 1. De machine bestaat uit meerdere componenten met telkens een bepaalde functie. Voorraadbak met frame Doseerelementen (vooral ventilatoren, doseerassen, luchtgeleiding) Boom met deelbreedten ...
Pagina 35
Machinegegevens Afb. 4.2: Componenten en functie van de machine, zijaanzicht rechts [1] Oliekoeler [2] Platform [3] Ventilatoren [4] Aandrijfeenheid [5] Doseereenheid (6x) [6] Wiel...
Machinegegevens 4.2.2 Ventilatoren Afb. 4.3: Componenten en functie van de machine, ventilatoren [1] Twee ventilatoren via as verbonden [2] Olietank met peilindicatie [3] Vulpeilsensor [4] Oliefilter [5] Ventilatoraandrijfmotor [6] Oliekoeler...
Machinegegevens 4.2.3 Doseereenheden en luchtgeleiding Afb. 4.4: Componenten en functie van de machine, detail zijaanzicht rechts [1] Luchtgeleiding [2] Vergrendeling luchtgeleiding (2 x) [3] Drukkamer (3 x) [4] Hendel voor terugtrekken van de drukkamer (3 x) [5] Doseereenheid (zie onderstaande afbeelding)
Pagina 38
Machinegegevens Afb. 4.5: Componenten en functie van de machine, doseereenheid [1] Afdekking doseereenheid [2] Borstellijst [3] Doseerkuip (hier opengeklapt) [4] Drukkamer [5] Hendel voor het bewegen van de doseerkuip [6] Doseeras De doseeras [6] kan indien nodig vervangen worden. Gegevens bij de werkwijze vindt u in de montagehandleiding.
Machinegegevens Technische gegevens basisversie LET OP Enkele modellen zijn niet in alle landen leverbaar. Afmetingen: AERO GT 60.1 Gegevens 30 m 32 m 36 m Voertuiglengte 7,90 m (aanhanginrichting voertuigeinde) Voertuiglengte (aanhanginrichting as) 5,10 m Transportbreedte 2,98 m Transporthoogte (bij standaard banden)
Pagina 41
Machinegegevens Onderstel en remmen: AERO GT 60.1 Gegevens 30 m 32 m 36 m Spoorbreedte 2,25 m Trekoog - boutkoppeling diameter 40 mm Trekhaak - kogelkoppeling diameter 80 mm Persluchtreservoir remsysteem 60 l Maximale snelheid bij transportrit 40 km/u 25 km/u a.
Pagina 42
Machinegegevens Elektrisch en hydraulisch systeem: AERO GT 60.1 Gegevens 30 m 32 m 36 m Boordspanning trekker 12 V DC Bedrijfsdruk hydraulisch systeem 180 bar Maximaal toegestane druk hydraulisch systeem 210 bar (trekker) Maximaal toegestane druk Vario-aandrijving 345 bar (ventilatoren)
Machinegegevens Speciale uitrusting 4.4.1 Aftakas Met op de trekker aansluiting voor aftakas 1 3/4“ en 20-delige vertanding. 4.4.2 Doseeras fijne zaden Voor AERO GT, 36 m Afb. 4.7: Doseeras fijne zaden Voor AERO GT, 30 m Afb. 4.8: Doseeras fijne zaden 4.4.3 Doseeras onkruidverdelger Voor AERO GT, 30 m...
Machinegegevens 4.4.4 Distance-Control Automatische besturing van boom qua hoogte en helling. Twee ultrasoonsensoren aan de boom meten de afstand tot de grond. Verdere sensoren aan het onderstel en pendelf- rame meten de helling. 4.4.5 Section Control Automatisch wendakker- en deelbreedtemanagement met registratie van het bewerkte oppervlak.
Transport zonder trekker Transport zonder trekker Algemene veiligheidsaanwijzingen n VOORSICHTIG Materiële schade door verkeerd transport De bevestigingsogen in de voorraadbak zijn niet geschikt voor het optil- len van de volledige machine. Ze dienen uitsluitend voor het transport van de voorraadbak tijdens de productie en montage. Niet-naleving leidt tot schade aan de machine.
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling Overname van de machine Bij de overname van de machine de volledigheid van de leveringsomvang controleren. Bij de standaard levering horen 1 boomstrooier voor minerale mest AERO GT 1 gebruiksaanwijzing AERO GT 1 ISOBUS-kabel Beschermrooster in de voorraadbak ...
Inbedrijfstelling 6.2.2 Landen in de Euraziatische Economische Unie De machine vergt een EAC-certificering. 6.2.3 Frankrijk De machine werd toegelaten door de DREAL. De DREAL-toelating (ook ‘Barré rouge’ ge- noemd) beschrijft de toestand bij de levering af fabriek. De DREAL-toelating is vereist voor de voertuigmarkering en bedrijfsvergunning van uw machine.
Inbedrijfstelling Eisen aan de trekker Om de machine veilig en volgens de voorschriften te gebruiken, moet de trekker de nood- zakelijke mechanische, hydraulische en elektrische voorwaarden vervullen. Motorvermogen van de trekker: minimaal 180 PK Toelaatbare verticale last op de bout- of kogelkoppeling: 2000 kg ...
Inbedrijfstelling Aanhanginrichting instellen Voorwaarde: Indien u de hoogte van het koppelpunt aan de trekker niet kunt aanpassen, monteert u de aanhanginrichting aan de machine één gatenrij (ca. 45 mm) naar boven of naar onderen. Voorwaarden Het reservoir is leeg. De boom is ingeklapt en vergrendeld.
Inbedrijfstelling Aftakas aan de machine monteren n VOORSICHTIG Materiële schade door ongeschikte cardanas De machine wordt met een cardanas geleverd, die apparaat- en vermo- gensafhankelijk ontworpen is. Het gebruik van een cardanas die verkeerde afmetingen heeft of niet toege- staan is, bijvoorbeeld zonder bescherming of ophangketting, kan tot schade aan de trekker en aan de machine leiden.
Inbedrijfstelling 6.6.2 Aftakas aanbouwen/demonteren n GEVAAR Gevaar voor intrekken bij de draaiende cardanas Aanbouwen en demonteren van de cardanas bij lopende motor kan lei- den tot zeer ernstig letsel (beknellingen, intrekken in de roterende as). Motor van de trekker uitzetten en de contactsleutel verwijderen. ...
Pagina 53
Inbedrijfstelling 4. Aftakas [3] in de houdketting [4] aan de dissel [1] leggen. 5. Een kettingschakel [4] in de haak [2] hangen. Afb. 6.3: Aftakas aan dissel ophangen 6. Beveiliging cardanas naar ach- teren trekken. 7. Schuifpen [1] indrukken. 8. Aftakas op tandwielpen schui- ven totdat de schuifpen [1] in de ringgroef grijpt.
Pagina 54
Inbedrijfstelling LET OP De machine is met een aftakas met brede hoek uitgerust. Let er bij het aanbouwen aan de trekker op dat het draaipunt van de kogelkoppeling/boutkoppeling in een verticale as ten opzichte van het draaipunt van het bredehoekscharnier komt te liggen. Instructies voor demontage: Demontage van de aftakas in omgekeerde volgorde als montage.
Inbedrijfstelling Machine aan de trekker aanbouwen n GEVAAR Levensgevaar door ongeschikte trekker Het gebruik van een ongeschikte trekker voor de machine kan tot zeer zware ongevallen bij gebruik en transportrit leiden. Enkel trekkers gebruiken die aan de technische vereisten van de machine beantwoorden.
Pagina 57
Inbedrijfstelling Machine op het hydraulische systeem aansluiten Hydraulisch systeem met regelpomp met externe loadsensingaansluiting (Power Beyond) Afb. 6.8: Aansluitleidingen [1] Vrije retourleiding [2] Drukleiding [3] Loadsensing signaalleiding [4] ISOBUS-apparaatstekker [5] Verlichtingskabel LET OP Er zijn 2 aankoppelvarianten; in Afb. 6.7 wordt de variant kogelkoppeling getoond.
Inbedrijfstelling Kogelkoppeling (variant A) aankoppelen 1. Trekker starten. De PTO is uitgeschakeld. Het hydraulische systeem is uitgeschakeld. Het handvat van de kogelkoppeling is open. 2. Kogelkoppeling van de trekker exact loodrecht onder de trekhaak van de machine positioneren.
Inbedrijfstelling Boutkoppeling (variant B) aankoppelen 1. Trekker starten. De PTO is uitgeschakeld. Het hydraulische systeem is uitgeschakeld. De boutkoppeling is open. 2. Trekker tegen de machine rijden. 3. Handrem van de trekker aantrekken. 4. Motor van de trekker uitzetten. Contactsleutel verwijderen. 5.
Inbedrijfstelling 6.10 Aftakas aanbouwen aan de trekker n VOORSICHTIG Materiële schade door te lange cardanas Bij het heffen van de machine kunnen de helften van de cardanas in elkaar staan. Dit veroorzaakt schade aan de cardanas, het drijfwerk of de machine. ...
Inbedrijfstelling 6.11 Remsysteem De machine is met een pneumatisch remsysteem uitgerust. Neem betreffende het remsysteem ook de geldende voorschriften van het land waarin u de machine gebruikt, in acht. n WAARSCHUWING Letselgevaar door ongezekerde machine Totdat de machine volledig aangekoppeld is, kan deze wegrollen en men- sen verwonden.
Inbedrijfstelling 6.14 Hydraulisch systeem De machine is uitgerust met een boordeigen hydraulisch systeem. Er zijn twee afzonder- lijke circuits: Circuit 1 drijft via de aftakas een axiale plunjerpomp aan, die de ventilator voedt. De axiale plunjerpomp zorgt voor een constante bedrijfsdruk bij een toerental van de af- takas van 700 tot 800 omw/min.
Inbedrijfstelling 6.15 Machine vullen n GEVAAR Gevaar door kantelen of wegrollen De niet gezekerde machine kan tijdens het vullen kantelen of wegrollen en zo ernstig persoonlijk letsel veroorzaken. Machine enkel op effen, vaste ondergrond vullen. Zorg dat de machine vóór het vullen aan de trekker gekoppeld is. ...
Inbedrijfstelling 6.16 Vulpeil controleren n WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door val van het platform Het platform bevindt zich meer dan 1,50 m boven de grond. Aan de zijde van de ladder bestaat gevaar voor vallen. Kans op ernstig letsel. Beweeg zorgvuldig op het platform. ...
Pagina 66
Inbedrijfstelling Ladder bedienen 1. Hendel [1] met de hand ophef- fen. De klapbare opstap [2] is ontgrendeld. 2. De klapbare opstap [2] omlaag klappen. Afb. 6.13: Opstapje uitklappen 3. Opstap voorzichtig tot aan het platform beklimmen. Balustrade van het opstapje gebruiken. 4.
Pagina 67
Inbedrijfstelling Ladder in transportpositie dichtklappen 5. Klapbare opstap [2] omhoog- klappen. 6. Opstap tegen de hendel [1] drukken totdat hij vastklikt. De klapbare opstap is geze- kerd. Afb. 6.14: Opstap inklappen...
Inbedrijfstelling 6.17 Achteruitrijcamera De achteruitrijcamera biedt u vrij zicht op het gedeelte achter de machine. Controleer de correcte instelling van de camera via de ISOBUS-terminal. LET OP De achteruitrijcamera moet in het onderste derde de wielen weergeven. Is dit niet het geval, dan moet u het camerabeeld bijstellen. Daarvoor heeft u de onder- steuning van een tweede persoon nodig, die in de cabine van de tractor het actuele ca- merabeeld op de ISOBUS-terminal observeert.
Inbedrijfstelling Afb. 6.16: Screenshot achteruitrijcamera 6.18 Machinebesturing starten Voorwaarden: De elektronische machinebesturing is correct op de machine en op de trekker aan- gesloten. De minimale spanning van 12 V is gegarandeerd. LET OP Vanwege de vele verschillende voor ISOBUS geschikte terminals worden in dit hoofd- stuk alleen de functies van de elektronische machinebesturing beschreven zonder aan- duiding van een bepaalde ISOBUS-terminal.
LET OP De afdraaiproef mag bij gereduceerde deelbreedte niet voor het kalibreren van de boomstrooier voor minerale mest AERO GT 60.1 gebruikt worden. De controle van de strooihoeveelheid kan ook bij gereduceerde deelbreedte uitgevoerd worden. Zoals hiernavolgend beschreven, de afdraaiproef steeds aan de eerste dosering in de rijrichting vooraan links uitvoeren.
Afdraaiproef Doseerinrichting vrijmaken 1. Hendel van de voorste drukkamer [1] ter linkerzijde naar voren bewegen. De drukkamerzekering [2] valt omlaag en klikt vast. De verbindingen tussen de drukkamer en de injectoren staan open. Afb. 7.2: Drukkamerhendel machinezijde links n WAARSCHUWING Letselgevaar door losse en zware luchtgeleiding De luchtgeleiding bij het ontgrendelen steeds vastzetten, aangezien ze...
Pagina 73
Afdraaiproef 4. Hendel met het legoppervlak [1] naar achteren zwenken totdat hij in de vergrendeling aan het frame vastklikt. Afb. 7.4: Legoppervlak naar achteren zwenken 5. Luchtgeleiding voorzichtig afla- ten. Afb. 7.5: Luchtgeleiding aflaten 6. De meegeleverde opvangbak [2] onder de doseerinrichting [1] zetten.
Afdraaiproef Afdraaiproef uitvoeren n WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door chemicaliën Uitstromende meststoffen kunnen leiden tot letsel aan ogen en neusslijmvlies. Draag tijdens de afdraaiproef een veiligheidsbril. Stuur alle personen vóór de afdraaiproef weg uit de gevarenzone van de machine. De afdraaiproef dient voor kalibratie van de exacte meststofhoeveelheid.
Pagina 75
Afdraaiproef 5. Gemiddelde werksnelheid invoeren. n WAARSCHUWING Gevaar voor letsel tijdens de afdraaiproef Draaiende machineonderdelen en uitstromende meststoffen kunnen tot letsel leiden. Vóór de start van de afdraaiproef ervoor zorgen dat aan alle voorwaarden is voldaan. Hoofdstuk Afdraaiproef in de gebruiksaanwijzing van de machine in acht nemen.
Afdraaiproef 10. De opgevangen hoeveelheid meststof wegen. 11. De waarde van de opgevangen hoeveelheid meststof invoeren. De machinebesturing berekent uit de gegevens de waarde omwentelingen/kg. 12. OK drukken. De nieuwe berekende omwentelingen/kg zijn overgenomen. U keert terug naar het menu Meststofinstellingen. ...
Aanspraak op vergoeding van schade die niet aan de boomstrooier voor minerale mest AERO GT 60.1 zelf is ontstaan, is uitgesloten. Hierbij hoort ook, dat een aansprakelijkheid voor gevolgschade op grond van strooifouten uitgesloten is.
Pagina 78
Strooibedrijf LET OP Let erop dat de levensduur van de machine aanzienlijk afhangt van de wijze waarop u er- mee rijdt. Op een oneven terrein de snelheid verminderen, voorzichtig over de wendakker rij- den en voorkomen dat de boom tegen de grond botst. Bij bergop en bergaf rijden en dwars t.o.v.
Strooibedrijf Procedure meststof strooien Bij het reglementair gebruik van de boomstrooier voor minerale mest hoort ook het nale- ven van de door de fabrikant voorgeschreven procedure. Tot het strooibedrijf horen daarom altijd de werkzaamheden voor de voorbereiding en die voor reiniging/onder- houd.
Strooibedrijf Boomstrooier voor minerale mest voorbereiden op de rit Voorwaarden: De machine is veilig aangekoppeld aan de trekker overeenkomstig 6.8: Kogelkoppeling (variant A) aankoppelen, pagina 52 6.9: Boutkoppeling (vari- ant B) aankoppelen, pagina De parkeervoet is weggeklapt. De opstap is omhooggeklapt en gezekerd. ...
Strooibedrijf Boom uitklappen n WAARSCHUWING Letselgevaar bij het uit- en inklappen van de bomen Bij het uit- en inklappen kunnen de bomen personen verwonden en mate- riële schade aanrichten. Let er in het bijzonder op dat de bomen ook ach- ter de machine plaats innemen.
Pagina 82
Strooibedrijf 2. Functietoets Boom opheffen ten minste 5 seconden lang indrukken. De transportvergrendelingen telkenmale links en rechts openen. De boom is in de bovenste positie opgeheven. LET OP Wanneer u het langdurig drukken onderbreekt, verschijnt het symbool Boom neerlaten. Indien vereist op de functietoets Boom neerlaten drukken.
Strooibedrijf 8.4.1 Boom oriënteren qua hoogte en helling Handmatige instelling LET OP Via de bedieningsunit of de joystick kunt u de bomen handmatig verstellen qua hoogte en helling. Automatisch kunt u dit uitsluitend met een dienovereenkomstige speciale uitrusting (zie hoofdstuk 4.4.4: Distance-Control, pagina 38).
Let in het bijzonder op de volgende punten: Is de gehele trekconstructie, bestaande uit trekker en getrokken boomstrooier voor minerale mest AERO GT 60.1, bedrijfsveilig? Bevinden er zich nog personen op de boomstrooier voor minerale mest of in het ...
Pagina 85
Strooibedrijf LET OP Bestrooi het veld uitsluitend overeenkomstig uw rijpadsysteem tot aan het einde. Schakel uw deelbreedten derwijze dat in de randzones geen overbemesting kan ont- staan. 7. Functietoets Strooien start/stop indrukken. of alternatief aan de hand van de joystick met tuimelschakelaar in middelste ...
Strooibedrijf Boom inklappen n WAARSCHUWING Letselgevaar bij het uit- en inklappen van de bomen Bij het uit- en inklappen kunnen de bomen personen verwonden en mate- riële schade aanrichten. Let er in het bijzonder op dat de bomen ook ach- ter de machine plaats innemen.
8.7.1 Aanwijzingen voor de veiligheid Voor het lossen van de resthoeveelheid moeten de luchtgeleidingen aan weerszijden van de boomstrooier voor minerale mest AERO GT 60.1 volledig verwijderd worden. Aanslui- tend worden de strooikuipen weggeklapt. n GEVAAR Gevaar door lopende motor...
Strooibedrijf 8.7.2 Boomstrooier voor minerale mest ledigen 1. De voorste luchtleiding vrijmaken en naar onderen aftappen (zie hoofdstuk 7.1: Doseerinrichting vrijmaken, pagina 66). 2. Voorste luchtgeleiding voorzich- tig demonteren en terzijde leg- gen. Afb. 8.4: Luchtgeleiding demonteren. 3. Hendel van de middelste druk- kamer naar voren bewegen [1].
Pagina 89
Strooibedrijf 5. Zekering losmaken [1]. 6. Hendel van de achterste lucht- geleiding naar voren bewegen [2]. De luchtgeleiding is ont- grendeld. Afb. 8.7: Achterste luchtgeleiding ontgrendelen 7. Achterste luchtgeleiding naar voren eruit trekken en terzijde leggen. Afb. 8.8: Achterste luchtgeleiding eraf namen 8.
Boomstrooier voor minerale mest parkeren en loskoppelen n WAARSCHUWING Gevaar door kantelen De boomstrooier voor minerale mest AERO GT 60.1 is een voertuig met één as. Bij eenzijdige belading aan de achterzijde kan de boomstrooier voor minerale mest kantelen en daardoor personen verwonden en mate- riële schade teweegbrengen.
Pagina 91
14. Bescherm alle stekkeraansluitingen met de stofkappen. 15. Aftakas van de trekker loskoppelen. 16. Machine loskoppelen van de trekker. Hiervoor de greep openen of bout verwijderen. De getrokken boomstrooier voor minerale mest AERO GT 60.1 werd losgekop- peld en geparkeerd.
Storingen en mogelijke oorzaken Storingen en mogelijke oorzaken n WAARSCHUWING Gevaar voor verwondingen bij ongeschikt verhelpen van storingen Een vertraagd of onvakkundig verhelpen van storingen door onvol- doende gekwalificeerd personeel leidt tot ernstige lichamelijke letsels alsook schade voor machines en milieu. ...
Pagina 94
Storingen en mogelijke oorzaken Storing Mogelijke oorzaak Maatregel De gebruikelijke werksnelheid Het vochtigheidsgehalte in de Afdekzeil sluiten. wordt niet meer bereikt. meststof is toegenomen. De stroo- Lediging van resthoeveelhe- meigenschappen zijn hierdoor den uitvoeren. verslechterd. Nieuwe meststof vullen. ...
Pagina 95
Storingen en mogelijke oorzaken Storing Mogelijke oorzaak Maatregel Boomsegmenten blijven niet in Het uitklapproces werd afgebro- De boomsegmenten moeten werkpositie. ken; de hydraulische cilinders volledig uitgeklapt worden hebben niet de volledige slag be- (terminal: toets ‘uitklappen’ in reikt. het menu ‘Klaptoestand’). Bij bergop rijden of gezwinde ver- De boomsegmenten moeten ...
Pagina 96
Storingen en mogelijke oorzaken Storing Mogelijke oorzaak Maatregel Doseeras voor een deelbreedte Hydraulische klep aan de doseer- Klep controleren en eventueel kan niet opnieuw ingeschakeld aandrijving zonder functie. vervangen. worden. Stroomvoorziening, steekverbin- dingen en/of kabelboom bij de Wend u tot een reparatieate- ...
Pagina 97
Storingen en mogelijke oorzaken Storing Mogelijke oorzaak Maatregel Transportvergrendeling zet de Inbouwlengte aan de hydraulische Instelling van de scharniero- boom niet correct vast. cilinder van de vergrendeling niet gen aan de hydraulische cilin- correct. der controleren en eventueel vervangen. Hydraulische leidingen bij de hy- Hydraulische leiding vervan- ...
10.1.1 Kwalificatie van het onderhoudspersoneel Sommige onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan de boomstrooier voor minerale mest AERO GT 60.1 vergen een hogere kwalificatie dan voor de bediening vereist is. Instel- en reparatiewerkzaamheden aan het remsysteem mogen uitsluitend worden uitgevoerd door erkende garages of remservicebedrijven.
Vooral de luchtleidingen, injectoren en bochtstukken reinigen. 10.2.2 Onderhoud De boomstrooier voor minerale mest AERO GT 60.1 na de reiniging met een biolo- gisch afbreekbaar antiroestmiddel behandelen. LET OP Na het reinigen kunnen door inschakelen van de ventilatoraandrijving de complete lucht- leiding, injectoren, meststoftransportslangen en boombuizen gedroogd worden.
Onderhoud en reparatie 10.3 Onderhoud mechaniek 10.3.1 Schroefverbindingen controleren De schroefverbindingen zijn af fabriek vastgedraaid en geborgd met het noodzakelijke koppel. Door trillingen en schokken, in het bijzonder in de eerste bedrijfsuren, kunnen schroefverbindingen loskomen. Controleer bij een nieuwe boomstrooier voor minerale mest na ongeveer ...
Pagina 102
Onderhoud en reparatie Afstand nokkenwielen - strooikuip instellen: De afstand met de stelschroeven [3] van de strooi- kuiplagers op 3 mm instellen. Afb. 10.2: Afstand nokkenwielen - strooikuip in- stellen LET OP Indien de instelling van de afstand op 3 mm niet meer mogelijk is, moeten de nokken- wielen van de doseeras vervangen worden.
Onderhoud en reparatie 10.3.3 Uitgeklapte boom controleren en instellen LET OP De bomen zijn af fabriek voorafgaandelijk ingesteld op de juiste posities en de juiste houdkracht. Opnieuw instellen is pas noodzakelijk na vervanging van afzonderlijke on- derdelen van de boomactivering en van afzonderlijke boomsegmenten. Wij adviseren u, vóór aanvang van de instellingswerkzaamheden contact met onze ser- vice op te nemen.
Pagina 104
Onderhoud en reparatie Voorwaarde: Alle segmenten van de bomen zijn volledig uitgeklapt. De pendelframevergrendeling is gesloten. Controleren: De segmenten van de bomen liggen horizontaal en verticaal op één lijn. De afdichtingstrechters liggen dicht tegen de scharnierlagers van de boomelementen ...
Pagina 105
Onderhoud en reparatie Horizontale oriëntatie instellen: 1. De schroeven aan de scharnier- plaat [3] losdraaien (niet com- pleet). 2. De moeren aan de schroef- draadstangen [4] naargelang de insteltoestand losdraaien. 3. De schroefdraadstangen naar binnen of buiten draaien om de positie te optimaliseren.
Onderhoud en reparatie 10.3.4 Houdkracht van de boomsegmenten instellen Bij uitgeklapte bomen kunt u de houdkracht van de boomsegmenten via de boomactive- ring instellen. n GEVAAR Gevaar voor beknelling en afhakken bij uitgeklapte bomen Tussen het pendelframe en de boom alsook aan de scharnierpunten van de bomen kunnen ledematen bekneld of afgehakt worden.
Onderhoud en reparatie Boomeindstuk De houdkracht van het boomeindstuk stelt u met het schotelveerpakket aan de 3de hydraulische cilinder in (uitgeklapte toestand). 1. Borgmoer [1] losdraaien. 2. Schroefdraadstang [2] aan de 3de hydraulische cilinder draai- Spleetmaat van de schotelveer min.
Pagina 108
Onderhoud en reparatie De transportvergrendeling [1] beveiligt de boom aan weerszij- den tegen uitklappen en beves- tigt hem in de transportstand. De boompakketten [2] liggen met lichte spanning zijdelings tegen de aanslag [3]. De boompakketten liggen op de ...
Pagina 109
Onderhoud en reparatie Houdspanning aan het boommiddenstuk instellen: De houdspanning van de boomsegmenten in de transportstand kan via de boomactive- ring ingesteld worden. De moer [4] aan de 2de hydraulische cilinder draai- Afb. 10.9: Boommiddenstuk LET OP Spanning verhogen: moer rechtsom draaien. ...
Onderhoud en reparatie 10.4 Onderhoud hydraulisch systeem Het hydraulische systeem van de getrokken boomstrooier voor minerale mest AERO GT 60.1 bestaat uit twee onderling onafhankelijke hydraulische circuits. Vario-aandrijving voor de ventilatorfunctie met eigen oliereservoir Hydraulisch blok met olieaanvoer van de trekker ...
Onderhoud en reparatie 10.4.1 Hydraulische slangen controleren Hydraulische slangen staan bloot aan een hoge belasting. Ze moeten regelmatig worden gecontroleerd en bij beschadiging onmiddellijk worden vervangen. Hydraulische slangen zijn onderhevig aan een verouderingsproces. Ze mogen maximaal 6 jaar, inclusief een opslagtijd van maximaal 2 jaar, worden gebruikt. LET OP De fabricagedatum van een slangleiding is op een van de slangkoppelstukken in jaar/ maand aangegeven (bv.
Onderhoud en reparatie Werkwijze: 1. Slangkoppelstuk aan het uiteinde van de te vervangen hydraulische slang losmaken. 2. Olie aflaten die zich in de hydraulische slang bevindt. 3. Het andere uiteinde van de hydraulische slang losmaken. 4. Het losgemaakte uiteinde van de slang direct in de olieopvangbak houden en de aan- sluiting afsluiten.
Onderhoud en reparatie 10.4.4 Oliepeil hydraulisch systeem van de Vario-aandrijving controleren Controleer dagelijks het oliepeil in het reservoir. Het peil van de olie aflezen aan de niveau-indicatie [1] van het oliereservoir [2]. Het oliepeil is in orde wanneer de olie tussen de groene en de rode marke- ring van de niveau-indicatie staat.
Pagina 114
Onderhoud en reparatie Olie aftappen, oliefilter vervangen: 1. Vóór het aftappen ervoor zorgen dat u de beschikking over een voldoende grote op- vangbak [4] hebt. 2. De hydraulische slang [3] van axiale plunjerpomp losmaken en de olie in de opvangbak [4] laten stromen.
Onderhoud en reparatie Hydraulische olie bijvullen: n VOORSICHTIG Materiële schade door onjuiste oliesoort Een onjuiste oliesoort of een mengsel van verschillende oliesoorten kan materiële schade veroorzaken aan het hydraulische systeem van de machine en aan de door dit systeem voortbewogen machineonderdelen. ...
Onderhoud en reparatie Indien het oliepeil niet in orde is, moet u transmissieolie bijvullen: 2. Informatie betreffende de actueel gebruikte oliesoort inwinnen en de transmissieolie met dezelfde soort bijvullen. Het oliepeil is in orde indien olie uit de controleschroef loopt. ...
Onderhoud en reparatie 10.4.9 Onderhoud hydraulisch systeem hydraulisch blok Via het hydraulische blok worden alle aandrijf- en regelfuncties gevoed, die vanuit de elektronische besturing kunnen worden bediend. De te onderhouden componenten van het hydraulische systeem van het hydraulische blok zijn: Hydraulische motoren van de aandrijvingsfunctie voor de dosering.
Pagina 119
Onderhoud en reparatie Hydraulische cilinders voor de regelfuncties controleren Alle hydraulische cilinders regelmatig controleren, minimaal echter vóór iedere strooiac- tiviteit. Regelfuncties: hydraulische cilin- ders voor verstelling van de boomhoogte [1], boomactivering [2], pendelframevergrendeling [3], afdekzeil [4]. Afb. 10.18: Hydraulische cilinders achteraan rechts Regelfuncties: hydraulische cilinder voor transportvergrendeling [5].
Pagina 120
Onderhoud en reparatie vervangen te worden. Afb. 10.21: Hydraulisch drukfilter Componenten op uitwendige beschadiging en lekkage controleren. Membraanaccumulatoren controleren De membraanaccumulatoren [1] zijn in het algemeen onderhoudsvrij. Om een lang en storingsvrij bedrijf te garanderen, dient het volgende met regelmatige intervallen, ten min- ste jaarlijks, gecontroleerd te worden: Afb.
10.5 Onderhoud onderstel en remmen Het gewicht van de getrokken boomstrooier voor minerale mest AERO GT 60.1 wordt door een hydropneumatisch geveerde as gedragen. De machine wordt door een pers- luchtremsysteem met twee circuits geremd.
Onderhoud en reparatie 10.5.1 Toestand en werking van het remsysteem controleren LET OP U bent zelf verantwoordelijk voor de onberispelijke toestand van uw systeem. De onberispelijke werking van het remsysteem is van vitaal belang voor de veiligheid van uw machine. Laat het remsysteem regelmatig, minimaal eenmaal per jaar, controleren door een er- kende garage.
Onderhoud en reparatie 10.5.2 Luchtreservoir ontwateren In het luchtreservoir hoopt zich het condenswater op dat in het persluchtremsysteem van het remcircuit ontstaat. Ter voorkoming van schade aan het pneumatische remsysteem door corrosie moet het luchtreservoir dagelijks ontwaterd worden. 1. Afwaterklep [1] openen door aan het bevestigingsoog te trek- ken.
Voorwaarde: Ervoor zorgen dat het hydraulische systeem van de trekker en de elektronische be- sturing van de boomstrooier voor minerale mest AERO GT 60.1 ingeschakeld zijn. Werkwijze: 4. Menu Hydraulische as oproepen. 1. Op functietoets cilinder inschuiven drukken totdat de hydraulische cilinders van de vering geheel ingeschoven zijn.
Onderhoud en reparatie 10.6 Wielen en banden De toestand van de wielen en banden is van vitaal belang voor de bedrijfsveiligheid van de boomstrooier voor minerale mest AERO GT 60.1. n WAARSCHUWING Gevaar voor ongelukken door ondeskundig uitgevoerde werkzaam- heden...
Pagina 126
Onderhoud en reparatie Voorwaarden: Een krik gebruiken die minimaal een last van 5 ton kan heffen. Voor het aantrekken van de wielmoeren een draaimomentsleutel gebruiken. Plaatsing krik: De krik derwijze plaatsen, dat het steunvlak absoluut niet kan wegglijden (bv. door ...
10.7.4 Verlichting op werking controleren De boomstrooier voor minerale mest AERO GT 60.1 is in de fabriek aan voor- en achter- zijde voorzien van verlichting. Controleer achterlichten, remlichten, knipperlichten en positielichten op hun werking. ...
10.7.5 Elektronische besturing en sensoren De doseerorganen, boomfuncties en asvering worden elektrohydraulisch aangestuurd en geregeld. Voor de bediening van de boomstrooier voor minerale mest AERO GT 60.1 zijn in de trekker een ISOBUS-terminal en een joystick vereist. Functie controleren: n WAARSCHUWING Letselgevaar De controle van de elektronische besturing geschiedt in realtime.
Pagina 130
Onderhoud en reparatie Doseerastoerental controleren: Controleren of het rechte tand- wiel (bevindt zich achter de be- schermplaat) stevig op de as van de draai-impulsgever [1] zit. Er bevinden zich in totaal 6 draai-impulsgevers op de ma- chine. Deze zijn steeds recht- streeks aan de aandrijving van de dosering geplaatst.
Pagina 131
Onderhoud en reparatie De rijsnelheid is in de asnaaf in rijrichting links ingebouwd [3]. Ter controle van de in- bouwpositie en de sensorafstand moet de beschermplaat [4] verwijderd worden. De afstand tussen de wielsen- sor en het impulswiel moet 3 mm bedragen.
Pagina 132
Onderhoud en reparatie Vulpeilsensoren in de voorraadbak controleren: Wanneer de vulhoeveelheid in de voorraadbak tijdens de strooirit de positie van de vul- peilsensoren bereikt heeft, wordt op het display van de terminal een alarmmelding ge- toond. Ter controle van de werking kan de schakelfunctie getest worden door een voorwerp tegen de zichtplaat van de vulpeilsensoren te houden.
Onderhoud en reparatie 10.8 Onderhoudsschema In dit hoofdstuk worden de onderhoudsactiviteiten beschreven, gerangschikt naar de tus- senpozen. LET OP Aanwijzingen voor smeren en smeerintervallen vindt u in het hoofdstuk 10.9.2: Lijst van de smeerpunten, pagina 134 10.8.1 Dagelijks: Tijd Module Werkzaamheid Aanwijzing Vóór ieder...
Onderhoud en reparatie 10.8.2 Naar aantal bedrijfsuren: Aantal be- Module Werkzaamheid Aanwijzing drijfsuren Mechaniek compleet Schroefverbindingen con- Pagina 95 troleren Drijfwerk Vario-aandrijving Oliepeil controleren: Pagina 109 Hydraulische aandrijving Olie verversen en oliefilter Pagina 107 Vario-aandrijving vervangen Drijfwerk Vario-aandrijving Olie vervangen Pagina 110 Luchtreservoir remsysteem Ontwateren Pagina 117...
Onderhoud en reparatie 10.9 Smeerschema 10.9.1 Positie van de smeerpunten De smeerpunten zijn verdeeld over de gehele machine en gemarkeerd. U herkent de smeerpunten aan een van deze aanwijzingsborden: Afb. 10.34: Aanwijzingsbord smeerpunt De aanwijzingsborden steeds schoon en leesbaar houden. ...
Pagina 136
Onderhoud en reparatie Afb. 10.37: Scharnierlager aan de hydraulische cilinder voor asvering Afb. 10.38: Pendelframe, parallellogram Afb. 10.39: Hydraulische cilinder voor helling...
Pagina 137
Onderhoud en reparatie Afb. 10.40: Glijdoppervlak aan het pendelframe Afb. 10.41: Hydraulische cilinder boombeginstuk Afb. 10.42: Scharnier boommiddenstuk...
Pagina 138
Onderhoud en reparatie Afb. 10.43: Scharnierogen hydraulische cilinder boommiddenstuk Afb. 10.44: Scharnier boomeindstuk Afb. 10.45: Lagerbouten aanbouwframe...
Pagina 139
Onderhoud en reparatie Afb. 10.46: Lagerbouten parallellogram Afb. 10.47: Scharnierlagers voor boom aan pen- delframe...
Onderhoud en reparatie 10.9.2 Lijst van de smeerpunten Positie Smeerpunten Interval Smeer- bedrijfsu- middel Flenslager ventilatoraandrijving, links en rechts Centrale smering ventilatoras, links en rechts Scharnierlager aan de hydraulische cilinder voor boombevestiging, vooraan en achteraan Lagering remhendel, links en rechts Scharnierlager aan de hydraulische cilinder voor asvering, onderaan, links en rechts Scharnierlager aan de hydraulische cilinder voor parallellogram, bo-...
Vulling af fabriek: 0,6 liter Oest SynthSAE 75W-90 Overige toegestane transmissieoliën SAE 75W-90 LET OP Indien u andere oliën wilt gebruiken dan de hier vermelde (in het bijzonder biologische oliën, wendt u zich tot uw contactpersoon van RAUCH.
Afdanking Afdanking 11.1 Veiligheid n WAARSCHUWING Milieuvervuiling door ongeschikte verwijdering van hydrauli- sche olie en transmissieolie Hydraulische olie en transmissieolie zijn biologisch niet volledig afbreekbaar. Daarom mag olie niet op ongecontroleerde wijze in het milieu geraken. Naar buiten gestroomde olie met zand, aarde of absorbe- rend materiaal opnemen resp.
Afdanking 11.2 Afdanking De volgende punten gelden onbeperkt. Al naargelang de nationale wetgeving de daaruit voortvloeiende maatregelen vastleggen en uitvoeren. 1. Alle onderdelen, hulp- en bedrijfsstoffen door vakpersoneel uit de machine la- ten verwijderen. Deze moeten daarbij volgens soort gescheiden worden. 2.
RAUCH-apparaten worden volgens moderne productiemethoden en met de groot- ste zorgvuldigheid vervaardigd en worden onderworpen aan talrijke controles. Daarom verleent RAUCH 12 maanden garantie, wanneer is voldaan aan de vol- gende voorwaarden: De garantie begint op de datum van aankoop.