DUT
5.1 Voorafgaande controles
Voordat u de luchtbevochtiger start, controleer dat:
•
de water- en elektrische aansluitingen zijn gemaakt en het
stoomverdeelsysteem volgens de instructies in deze handleiding werd
geconfigureerd;
•
de afsluitkraan voor watertoevoer in de luchtbevochtiger geopend is;
•
de zekeringen geïnstalleerd en intact zijn;
•
de klemmen M2.7 en M2.8 met een jumper zijn verbonden of zijn
aangesloten op een extern AAN-/UIT-contact en dat dit contact
gesloten is;
•
de sondes of het externe besturingsapparaat correct zijn aangesloten
(en dat de aarding van deze apparaten elektrisch is aangesloten op de
massa van de hoofdbesturingsprintplaat);
Nadat de in hoofdstuk 5 "Voorbereiding van de werking" genoemde
handelingen zijn uitgevoerd kan de luchtbevochtiger worden gestart.
6.1 Opstarten
Na het sluiten van de scheidingsschakelaar
op de voedingslijn van de luchtbevochtiger,
schakelt u het apparaat in door de schakelaar
op het frontpaneel naar I, "ON" te verplaatsen.
De activeringsvolgorde zal beginnen, die een
beginfase, een autotestfase en uiteindelijk
de eigenlijke werking omvat. Elke fase in de
activeringsvolgorde wordt geïdentificeerd
door een ander display.
6.2 Activeringsvolgorde
1. EERSTE START VAN DE TOEPASSING
Het "heaterSteam" luchtbevochtiger-logo wordt weergegeven. Bij de
eerste start (inbedrijfstelling) moet de menutaal worden geselecteerd:
1. English
3. Deutsch
2. Italiano
4. Français
Druk op UP/DOWN om het nummer te selecteren dat overeenkomt met
de gewenste taal en druk op ENTER om te bevestigen. Dit scherm wordt
gedurende 60 seconden weergegeven.
2. EERSTE INGEBRUIKNAME (WIZARD)
Bij de eerste ingebruikname wordt een wizard weergegeven om snel de
parameters van de hoofdunit in te stellen. De wizard bestaat uit negen
stappen (waarvan sommige niet worden weergegeven als dat niet nodig is):
•
1/9 – model (alleen als de vervangende besturing niet geconfigureerd
is): selecteer en stel de parameters in die betrekking hebben op het
model (afmeting, spanning, ...);
•
2/9 – waterhardheid: "auto" of "user defined". Als u "auto" kiest, stelt
de besturing automatisch de waterhardheid in op basis van de
geleidbaarheid van het toevoerwater;
•
3/9 – handmatige instelling van de waterhardheid. De mogelijke
opties zijn:
Gedemineraliseerd, onderhoud bij 3000 u
1.
0-10°F, onderhoud bij 3000 u
2.
10-20°F, onderhoud bij 1500 u
3.
20-30°F, onderhoud bij 1000 u
4.
30-40°F, onderhoud bij 800 u;
•
4/9 – besturingstype: extern AAN-/UIT-signaal, proportioneel aan
extern signaal met limietsonde, proportioneel aan extern signaal, één
vochtsonde, één temperatuursonde, één vochtsonde en limietsonde,
één temperatuursonde en limietsonde, twee temperatuursondes
(gemiddelde), twee vochtsondes (gemiddelde);
"heaterSteam" +0300087NL - rel. 1.5 - 16.03.2022
5.
VOORBEREIDING VAN DE WERKING
6. OPSTART- EN GEBRUIKERSINTERFACE
ON
Fig. 6.a
5. Español
7. Chinese
6. Russian
8. Czech
•
de stoomuitlaatpijp niet verstopt is;
•
in het geval van een luchtbevochtiging via een leiding is de werking
van de luchtbevochtiger afhankelijk van de werking van de ventilator
(als vervanging van of in serie met het externe AAN-/UIT-contact);
•
de condensaatretourleiding van de verdeler is geïnstalleerd en vrij;
•
de afvoerleiding is correct aangesloten en vrij.
Belangrijk: controleer voor het starten van de luchtbevochtiger
of deze in
perfecte staat is, dat er geen waterlekkages zijn en dat de
elektrische onderdelen droog zijn.
•
5/9 – selecteer het type hoofdkamersonde: 0-1 V (actief ), 0-10 V
(actief ), 2-10 V (actief ), 0-20 mA (actief ), 4-20 mA (actief ), NTC (passief );
•
6/9 – selecteer het type limietsonde: 0-1 V (actief ), 0-10 V (actief ),
2-10 V (actief ), 0-20 mA (actief ), 4-20 mA (actief ), NTC (passief );
•
7/9 – stel de limieten voor de actieve sondes in.
Ruimte min (%): stel de minimale relatieve vochtigheidslimiet rH% in
voor de hoofdsonde;
Ruimte max (%): stel de maximale relatieve vochtigheidslimiet rH% in
voor de hoofdsonde;
Limiet min (%): stel de minimale relatieve vochtigheidslimiet rH% in
voor de limietsonde;
Limiet max. (%): stel de maximale relatieve vochtigheidslimiet rH% in
voor de limietsonde;
•
8/9 – stel de verdunningsafvoercycli in: automatisch of door
de gebruiker gedefinieerd. Als u "auto" kiest, stelt de besturing
automatisch het aantal verdampingscycli in dat tussen twee
opeenvolgende verdunningsafvoercycli moet plaatsvinden. Deze
instelling is gebaseerd op de door de geleidbaarheidsmeter gemeten
geleidbaarheid van het toevoerwater, waardoor het verbruik van water
wordt verminderd, het onderhoud wordt beperkt en de levensduur
van de trommel wordt verlengd;
•
9/9 – handmatige instelling verdunningsafvoercyclus. Voer het aantal
verdampingscycli in alvorens een verdunningscyclus wordt geforceerd.
Aan het einde van de geleide procedure wordt in een bericht gevraagd of
de wizard bij de volgende start opnieuw moet worden getoond. Yes/No
3. AUTOTESTPROCEDURE
Wordt op het display aangegeven door de unitstatus "AUTOTEST".
Wanneer de luchtbevochtiger wordt gestart (schakelaar van OFF naar
ON), wordt standaard een autotestprocedure uitgevoerd om de werking
van de niveausensor en het apparaat als geheel te controleren.
De autotest-procedure bestaat uit een watervulcyclus tot boven het
hoge niveau (groene LED), gevolgd door een afvoercyclus tot onder
het minimumniveau (rode LED). Vervolgens wordt de unit met water
bijgevuld om de productie (indien nodig) te hervatten.
Opmerking:bij
storingen
gedeactiveerd en wordt het bijbehorende alarm weergegeven.
Opmerking: alle schermen van de wizard (behalve het
taalselectiescherm) blijven op het display totdat de gebruiker de
instellingen invoert.
4. WERKING
De luchtbevochtiger start de werking en het standaardscherm wordt
weergegeven. Als er een alarm actief is, wordt het overeenkomstige
pictogram
rood, zie hoofdstuk 13 "Alarmtabel" voor de volledige lijst
en beschrijving.
24
wordt
de
magneetschakelaar