Inhoudsopgave
Advertenties
DUT
2.1 Toevoerwater
Het toevoerwater voor de elektrische verwarmingsluchtbevochtiger
mag niet corrosief zijn, geen onaangename geuren afgeven en niet
te veel kalk bevatten om overmatige afzettingen te voorkomen. Het
toevoerwater (leidingwater of gedemineraliseerd water), moet de
volgende eigenschappen hebben:
LIMIETWAARDEN
VOOR
VERWARMINGSLUCHTBEVOCHTIGER
Specifieke geleidbaarheid bij 20 °C /68 °F
Totaal opgeloste vaste stoffen
Residuele gefixeerde stoffen bij 180°C/356°F
Waterstofionactiviteit
Totale hardheid
Tijdelijke hardheid
Chloriden
Ijzer + Mangaan
Silica
Residuele Chloor
Calciumsulfaat
Metalen onzuiverheden
Oplosmiddelen, verdunningsmiddelen, deter-
genten, smeermiddelen
1.
Waarden afhankelijk van de specifieke geleidbaarheid; in het algemeen: TOVS
≈0,93 * σR, 20 °C; R180 ≈0,65 * σR , 20 °C;
2.
Niet minder dan 200% van het gehalte aan chloride in mg/l Cl- ;
3.
Niet minder dan 300% van het gehalte aan chloride in mg/l Cl- ;
4.
Het kan nodig zijn om in te grijpen in het afvoerdebiet om in het kokende water
een concentratie te vermijden van meer dan 300 mg/l Cl-;
Gebruik titaan verwarmingselementen (model heaterSteam titanium)
voor bijzonder agressief water (geleidbaarheid <1 μS/cm).
Belangrijk:
waterbehandeling
waterontharders is toegestaan, indien ten minste 60% van de
3.1 CAREL stoomstraalpijpen (SDPOEM00**)
Compacte stoomverdelers voor kleine leidingen of toepassingen
zoals stoombaden. Ze kunnen zowel horizontaal als verticaal worden
gemonteerd (stoomuitlaat naar boven gericht).
Montage-instructies (zie figuur):
1.
boor van een reeks gaten in de wand van de buis met behulp van de
boormal van de verdeler;
2.
voer de verdeler in;
3.
zet de flens van de verdeler met 4 schroeven vast.
50
50
31,5
31,5
D
Pos.:
A.
stoominlaat
B.
condensaatafvoer
stoomuitlaat
De afmetingen van de gaten variëren afhankelijk van het model van de verdeler:
•
model SDPOEM0000: handmatig te boren gat,
C.
tot een diameter van 30 mm (1,2 in);
•
model SDPOEM0012: gatdiameter 12 mm (0,5 in);
•
model SDPOEM0022: gatdiameter 22 mm (0,9 in);
D.
boormal
Opmerking: bij gebruik van stoomslangen met een binnendiameter
van 30 mm (1,2 in), verwijder dan het 22 mm (0,9 in) inlaatgedeelte van
de stoomstraalpijp.
"heaterSteam" +0300087NL - rel. 1.5 - 16.03.2022
HET
WATER
VAN
Min.
σ20 - μS/cm
0
TOVS – mg/l
(1)
TOVS – mg/l
(1)
pH
6
TH – mg/l CaCO3
0 (2)
mg/l CaCO3
0 (3)
ppm Cl
=
mg/l Fe+Mn
=
mg/l SIO2
=
mg/l Cl-
=
mg/l CaSO4
=
mg/l
0
mg/l
0
Tab. 2.a
met
polyfosfaten
3. STOOMDISTRIBUTIE
C
C
A
B
Fig. 3.a
aanvankelijke hardheidswaarde en niet minder dan 5°f worden
gegarandeerd. Onthard water vermindert de onderhoudseisen. Onthard
water bevordert de concentratie van opgeloste zouten in het water in de
ketel, met schuimvorming als gevolg.
Niet aanbevolen:
1.
het gebruik van bronwater, industrieel water of water uit koelcircuits
en, in het algemeen, water dat chemisch of bacteriologisch
DE
verontreinigd kan zijn;
2.
de
toevoeging
Max.
anticorrosiemiddelen, aangezien deze irritaties kunnen veroorzaken.
1500
(1)
(1)
Opmerking: er kan geen verband worden aangetoond tussen
8,5
waterhardheid en geleidbaarheid; niettemin en enkel als richtwaarde,
400
moet water met een hardheid van 40°f een geleidbaarheid van ongeveer
300
50 (4)
900-1000 mS/cm bij 20 °C hebben.
0,2
20
0,2
2.2 Afvoerwater
100
0
•
bevat dezelfde stoffen die in het toevoerwater zijn opgelost, maar in
0
grotere hoeveelheden;
•
het kan een temperatuur van 100 °C (212 °F) bereiken;
•
het is niet giftig en kan worden afgevoerd in het opvangsysteem voor
wit water.
3.
bij de uitvoeringen met afvoermenger zal de watertemperatuur 60 °C
(140 °F) bedragen en is de temperatuur gegarandeerd max. 25 °C (77 °F).
Belangrijk: volledig gedemineraliseerd water is agressief. Voor
aansluiting op een watersysteem met volledig gedemineraliseerd water
gebruikt u uitsluitend kunststof installatiemateriaal dat bestand is tegen
of
chemicaliën (bijv. polypropyleen) of roestvrij staal.
3.2 CAREL lineaire verdelers voor
luchtkanalen of LBU's (DP***DR0)
De stoomverdelers voor LBU- of leidingtoepassingen leveren stoom
over de gehele lengte om zo de kortste niet-bevochtigende afstand
te garanderen. De verdeler moet worden gekozen op basis van de
maximaal benodigde capaciteit, de afmetingen van de LBU/leiding en de
uitlaatdiameter van de luchtbevochtiger waarop hij wordt aangesloten.
Hij dient ver van hindernissen (bochten, vertakkingen, sectiewisselingen,
roosters, filters, ventilatoren) te worden geïnstalleerd.
Minimale afstand tussen verdeler en obstakel: 1...1,5 m (3,3...4,9 ft).
Vergroot de afstand in geval van:
1.
verhoging van de luchtsnelheid in de leiding;
2.
turbulentievermindering.
Montage-instructies (zie figuur):
•
boor van een reeks gaten in de wand van de buis met behulp van de
B
boormal van de verdeler (bijgevoegd in de verpakking van de verdeler);
A
•
voer de verdeler in met de stoomuitlaatgaten naar boven gericht;
•
zet de flens van de verdeler met 4 schroeven vast.
3
4
5
X
14
aan
het
water
van
ontsmettings-
2
6
L
Y
8
B
Fig. 3.b
of
1
9
Advertenties
Inhoudsopgave
