1
Veiligheidsinstructies en aanbevelingen
1.1
Veiligheid
Werking
Elektrisch
Het apparaat is bedoeld om permanent te worden aangesloten op het sanitaire
waterleidingnet.
Lees vóór het uitvoeren van werkzaamheden aan het apparaat zorgvuldig alle
documenten die bij het product zijn gevoegd. Deze documenten zijn ook be
schikbaar op onze website. Zie de laatste pagina.
Installeer het apparaat in overeenstemming met de nationale voorschriften
voor elektrische installaties.
Als de waterleiding om bij te vullen vast is aangesloten, moet een terugstroom
beveiliging worden gemonteerd in overeenstemming met de installatieregels.
Als de voedingskabel bij het apparaat is geleverd en als blijkt dat deze is be
schadigd, moet deze kabel worden vervangen door de fabrikant, zijn service
dienst of een persoon met een gelijkwaardige vakkennis, teneinde ieder ge
vaar uit te sluiten.
Als het apparaat af-fabriek niet is bekabeld, moet het worden bekabeld vol
gens het elektrisch schema in hoofdstuk 'Elektrische aansluitingen'. Zie de in
stallatie- en servicehandleiding.
Dit apparaat moet worden aangesloten op de aardleiding.
De aarding dient te voldoen aan de geldende installatievoorschriften.
Zorg voor aarding van het apparaat voordat elektrische aansluitingen worden
aangebracht.
Type en ampèrage van zekeringen: zie het hoofdstuk "Aanbevolen kabeldoors
neden". Zie de installatie- en servicehandleiding.
Om het apparaat aan te sluiten op het elektriciteitsnet, wordt verwezen naar
het hoofdstuk 'Elektrische aansluitingen'. Zie de installatie- en servicehandlei
ding.
Om ieder risico vanwege een onverwachte reset van de uitschakelautomaat te
voorkomen, mag dit apparaat niet worden gevoed via een externe schakelaar
zoals een tijdschakelaar of een circuit dat regelmatig wordt in- en uitgescha
keld door de elektriciteitsleverancier.
7684555 - v03 - 22052018
Gevaar
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van acht jaar
en ouder en mensen met lichamelijke, gevoelsmatige of gees
telijke beperkingen of met gebrek aan ervaring en kennis als
ze begeleiding en instructie krijgen hoe het apparaat op een
veilige manier te gebruiken en de eraan verbonden gevaren
begrijpen. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
Zonder begeleiding mag schoonmaak en gebruikers onder
houd niet door kinderen worden gedaan.
1 Veiligheidsinstructies en aanbevelingen
5