6
Bij storing
6.1
Bedrijfsfouten oplossen
Type code
Waarschuwing
Vergrendeling
Vergrendeling
6.2
Storing zoeken
Problemen
Mogelijke oorzaak
De radiatoren zijn
De richttemperatuur voor
koud.
de verwarming is te laag
ingesteld.
De verwarmingsmodus is
uitgeschakeld.
De radiatorkranen zijn
dichtgedraaid.
De warmtepomp is niet in
bedrijf.
De waterdruk is te laag (<
1 bar).
Er is geen sanitair
De richttemperatuur voor
warm water.
sanitair warm water is te
laag ingesteld.
De sanitair warmwatermo
dus is uitgeschakeld.
Het apparaat is in de gere
duceerde sanitair-warm
watermodus
De douchekop laat te wei
nig water door.
De warmtepomp is niet in
bedrijf.
De waterdruk is te laag (<
1 bar).
7684555 - v03 - 22052018
Formaatcode
Kleur van het statuslampje
Axx.xx
Knipperend groen licht
Hxx.xx
Vast rood licht
Exx.xx
Knipperend rood licht
Als uw apparaat niet goed functioneert, knippert het statuslampje en/of
verandert het van kleur en wordt er een melding met een foutcode
weergegeven op het hoofdscherm van het bedieningspaneel. Deze
foutcode is belangrijk voor het correct en snel opsporen van het type
storing en voor eventuele technische assistentie.
Als er een storing optreedt:
1. Noteer de op het scherm weergegeven code.
2. Verhelp het probleem dat wordt beschreven door de foutcode of neem
contact op met de installateur.
3. Schakel de warmtepomp uit en weer aan om te controleren of de
oorzaak van de fout is verdwenen.
4. Neem contact op met het installatieprogramma als de code opnieuw
wordt weergegeven.
6.1.1
Soorten storingcodes
Het bedieningspaneel kan drie typen storingscodes weergeven:
Oplossingen
Verhoog de waarde van de richttemperatuur of als er een kamerthermo
staat is aangesloten verhoog de temperatuur hiermee.
Schakel de verwarmingsmodus in.
Open de kranen van alle op de installatie aangesloten radiatoren.
Controleer of de warmtepomp is ingeschakeld.
Controleer de zekeringen en de schakelaars van de elektriciteitsinstal
latie.
Vul de installatie bij met water.
Verhoog de richttemperaturen van het sanitair warmwater.
Schakel de sanitair warmwatermodus in.
Controleer en wijzig het comfort en de gereduceerde tijdsduren voor
het sanitair warm water.
Pas de richttemperatuur van het sanitair warmwater aan.
Maak de douchekop schoon of vervang hem zo nodig.
Controleer of de warmtepomp is ingeschakeld.
Controleer de zekeringen en de schakelaars van de elektriciteitsinstal
latie.
Vul de installatie bij met water.
Kleur van het storingspictogram
Blauw
Geel
Rood
6 Bij storing
29