Raadpleeg voor de bedieningsmethode (Blz. 44).
Afbeeldingen roteren q [y]
Submenu 1
Bewerk.
1 Gebruik HI (pendelknop) om een afbeelding te kiezen.
2 Druk op de knop A om de afbeelding te roteren.
3 Indien nodig herhaalt u stap 1 en 2 om instellingen uit te voeren voor
andere afbeeldingen, waarna u op de knop drukt.
• Geroteerde afbeeldingen blijven in hun nieuwe stand opgeslagen, ook als
de camera wordt uitgeschakeld.
Huidtint effenen q [e-Portret]
Submenu 1
Bewerk.
1 Gebruik HI (pendelknop) om een afbeelding te selecteren, en druk op de
knop A.
• Sommige afbeeldingen kunnen niet worden aangepast, bijvoorbeeld
wanneer gezichten niet kunnen worden gedetecteerd.
• De bewerkte afbeelding wordt opgeslagen als een nieuwe afbeelding.
Afbeeldingen uit filmbeelden vastleggen
q [Foto uit filmbeeld]
Submenu 1
Bewerk.
1 Gebruik HI (pendelknop) om de film te selecteren en druk op de knop A.
2 Gebruik FGHI (pendelknop) om het vast te
leggen beeld te selecteren en druk op de knop A.
• Het geselecteerde beeld wordt opgenomen
als een afbeelding.
• Sommige films kunnen niet worden
vastgelegd.
56 NL
56 NL
Submenu 2
y
Submenu 2
e-Portret
Submenu 2
Foto uit filmbeeld
Foto uit filmbeeld
Framepositie
Terug