Onderhoud
Rupsbandspanning - Controleren/Instellen
Te vast gespannen rupsbanden worden blootgesteld aan veel slijtage.
Te losse rupsbanden worden blootgesteld aan veel slijtage en kunnen eraf springen.
Bij het parkeren van de graafmachine met rubberen rupsbanden,
erop letten dat de naad ( ) aan de bovenzijde in het midden tussen
de geleidestukken staat (zie afbeelding/1, Spanning rubberen rups-
banden - Controleren, blz. 165).
Het complete loopwerk reinigen; vooral op stenen tussen rups-
band en aandrijftandwiel of loopwiel letten. De omgeving van
de rupsbandspancilinder moet worden gereinigd.
Bovenwagen, zoals op de afbeelding weergegeven, 90° ten
opzichte van de rijrichting draaien.
Voorbouwapparatuur op de grond neerlaten en graafmachine
eenzijdig ca. 200 mm van de grond heffen.
Deze procedure door een begeleider laten controleren.
STOP
Graafmachine met geschikt steunmateriaal steunen; gewicht van de machine in acht nemen.
Spanning rubberen rupsbanden - Controleren
De rupsband staat met de naad (3) midden tussen de loopwiel
(1) en aandrijftandwiel (2).
Rupsbanden met een SP-markering kunnen in elke
stand gecontroleerd en gespannen worden.
Rupsbanddoorhanging, zoals op de afbeelding weergegeven,
controleren.
Rupsbanddoorhanging "A" 10-15 mm
Indien de rupsbanddoorhanging groter is dan 15 mm, moet de
rupsband worden nagespannen.
Zo nodig rupsband spannen of ontspannen.
Motor starten en geheven rupsband kort laten draaien.
Voorzichtig, er mogen zich geen personen in de buurt van de ketting bevinden! Na het draaien de
STOP
startschakelaar in stand STOP zetten en de contactsleutel uittrekken.
W9282-8144-4
07/2018
165