11. Assist
11.1 Multipomp instelling
De multipompfunctie maakt besturing mogelijk van enkelpompen
die parallel gekoppeld zijn of dubbelpompen zonder het gebruik
van externe regelaars. De pompen in een multipompsysteem
communiceren met elkaar via de draadloze GENIair verbinding of
de bekabelde GENI verbinding.
Een multipompsysteem wordt ingesteld via een geselecteerde
pomp, d.w.z. de hoofdpomp (eerste gekozen pomp).
Alle Grundfos pompen met een draadloze GENIair verbinding
kunnen worden aangesloten op het multipompsysteem.
De multipompfuncties worden beschreven in de volgende para-
grafen.
11.1.1 Wisselend bedrijf
Er is slechts één pomp gelijktijdig in bedrijf. De wisseling van één
pomp naar de ander hangt af van tijd of energie. Als een pomp
storing heeft, dan neemt de andere pomp automatisch over.
Pompsysteem:
•
Dubbelpomp.
•
Twee enkelpompen parallel gekoppeld.
De pompen moeten van hetzelfde type zijn en dezelfde capa-
citeit hebben. Voor elke pomp is een terugslagklep in serie
met de pomp nodig.
11.1.2 Reservebedrijf
Eén pomp is continu in bedrijf. De reservepomp is met tussenpo-
zen in bedrijf om vastlopen te voorkomen. Als de in bedrijf zijnde
pomp door een storing uitvalt, dan wordt de reservepomp auto-
matisch ingeschakeld.
Pompsysteem:
•
Dubbelpomp.
•
Twee enkelpompen parallel gekoppeld.
De pompen moeten van hetzelfde type zijn en dezelfde capa-
citeit hebben. Voor elke pomp is een terugslagklep in serie
met de pomp nodig.
11.1.3 Cascade-bedrijf
Cascade-bedrijf zorgt dat de pompcapaciteit automatisch wordt
aangepast aan het gebruik door de pompen in of uit te schakelen.
Het systeem draait dus zo energiezuinig mogelijk met een con-
stant drukverschil en een beperkt aantal pompen.
Alle pompen in bedrijf draaien met hetzelfde toerental. Pompwis-
seling gebeurt automatisch en is afhankelijk van energie,
bedrijfsuren en storingen.
Pompsysteem:
•
Twee tot vier enkelpompen parallel gekoppeld.
De pompen moeten van hetzelfde type zijn en dezelfde capa-
citeit hebben. Voor elke pomp is een terugslagklep in serie
met de pomp nodig.
De regelmodus moet worden ingesteld op "Const.vrsch.drk" of
"Constante curve".
28