5.5
Nulpuntverschuivingen
De weergave van de reële waarden van de ascoördinaten heeft na het instellen van het
referentiepunt betrekking op het machinenulpunt (M) van het machinecoördinatensysteem
(MKS). Het programma voor het bewerken van het werkstuk daarentegen heeft betrekking op
het werkstuknulpunt (W) van het werkstukcoördinatensysteem (WKS). Het machinenulpunt en
het werkstuknulpunt hoeven niet identiek te zijn. Afhankelijk van het type werkstuk en de
manier van opspannen kan de afstand tussen het machinenulpunt en het werkstuknulpunt
variëren. Bij de programmabewerking wordt met deze nulpuntverschuiving rekening
gehouden; deze kan zijn samengesteld uit verschillende verschuivingen.
De weergave van de reële waarden van de ascoördinaten heeft na het instellen van het
referentiepunt betrekking op het machinenulpunt van het machinecoördinatensysteem (MKS).
De weergave van de reële waarde van de posities kan verwijzen naar het ENS-
coördinatensysteem. Daarbij wordt de positie van het actieve gereedschap in relatie tot het
werkstuknulpunt weergegeven.
①
②
③
④
Afbeelding 5-1
Wanneer het machinenulpunt en het werkstuknulpunt niet identiek zijn, is er minimaal één
verschuiving (basisverschuiving of een nulpuntverschuiving) waarin de positie van het
werkstuknulpunt is opgeslagen.
Basisverschuiving
De basisverschuiving is een nulpuntverschuiving die steeds actief is. Wanneer u geen
basisverschuiving heeft gedefinieerd, dan is deze nul. De basisverschuiving moet worden
vastgelegd in het venster "nulpuntverschuiving - basis".
Grove- en fijnverschuiving
Nulpuntverschuivingen (G54 tot G57, G505 tot G599) bestaan telkens uit een ruwe en een fijne
verschuiving. U kunt de nulpuntverschuivingen uit elk gewenst programma oproepen (ruwe en
fijne verschuivingen worden daarbij opgeteld).
Universal
Bedieningshandboek, 07/2021, A5E48384812S AC
Basisverschuiving
Nulpuntverschuiving grof
Nulpuntverschuiving fijn
Coördinatentransformatie
Nulpuntverschuivingen
Machine instellen
5.5 Nulpuntverschuivingen
99