8.2
Simuleren van de bewerking van het werkstuk
U heeft de mogelijkheid om voor de bewerking van het werkstuk aan de machine de uitvoering
van een programma in snelle doorloop grafisch op het beeldscherm weer te geven. Op die
manier kunt u eenvoudig het resultaat van de programmering controleren.
Voeding-override
De draaischakelaar (override) op het bedieningspaneel heeft alleen invloed op de functies van
het bedieningsbereik "Machine".
Om de simulatiesnelheid te wijzigen, maakt u gebruik van de softkey "Programmabesturing". U
kunt kiezen uit een verhoging van de simulatiesnelheid tussen 0 - 120%.
Zie ook
Voeding wijzigen (Pagina 225)
Programma per blok simuleren (Pagina 226)
Procedure
Universal
Bedieningshandboek, 07/2021, A5E48384812S AC
1.
Selecteer het bedieningsbereik "Programma-manager".
2.
Selecteer de plaats waar u wilt opslaan en plaats de cursor op het te si‐
muleren programma.
3.
Druk op de toets <INPUT> of op de toets <Cursor rechts>.
- OF -
Dubbelklik op het programma.
Het geselecteerde programma wordt in het bedieningsbereik "Program‐
ma" geopend.
4.
Druk op de softkey "Simulatie".
De uitvoering van het programma wordt grafisch op het beeldscherm
weergegeven. De machineassen worden niet verplaatst.
5.
Druk op de softkey "Stop" wanneer u de simulatie wilt stoppen.
- OF -
Druk op de softkey "Reset" om de simulatie af te breken.
6.
Druk op de softkey "Start" om de simulatie opnieuw te starten of verder te
zetten.
8.2 Simuleren van de bewerking van het werkstuk
Bewerking simuleren
215