Invoer
Tekstbestand
Tekst-context
Procedure
Voorinstellingen voor het vrijgeven van drives invoeren
Opmerking
Deze functie is alleen beschikbaar op Windows-systemen, als de software-option "Uitvoeren van
extern geheugen (EES)" geactiveerd is.
Universal
Bedieningshandboek, 07/2021, A5E48384812S AC
slpmdialog
SlPmDialog
1.
Selecteer het bedieningsbereik "Inbedrijfstelling".
2.
Druk de softkeys "HMI" en "Log. drive" in.
Het venster "Drives instellen" wordt geopend.
3.
Selecteer de softkey die u wilt instellen.
4.
Om de softkeys 9 tot 16 resp. softkey 17 tot 24 in te stellen, klikt u op de
softkey ">> niveau".
5.
Druk op de softkey "Wijzigen" om de invoervelden te bewerken.
6.
Selecteer de gegevens voor de desbetreffende drive of voer de vereiste
gegevens in.
7.
Druk op de softkey "Details" als u extra parameters wilt invoeren.
Door nogmaals op de softkey "Details" te drukken, keert u terug naar het
venster "Drives instellen".
8.
Druk op de softkey "OK".
De gegevens worden gecontroleerd.
Als de gegevens onvolledig of onjuist zijn, wordt een venster geopend.
Bevestig de melding door op de softkey "OK" te drukken.
Wanneer u op de softkey "Afbreken" drukt, worden alle nog niet geacti‐
veerde gegevens verworpen.
9.
Start de besturing opnieuw op om de projectering te activeren en de soft‐
keys over te nemen in het bedieningsbereik "Programma-manager".
Programma's beheren
13.12 Drives instellen
Betekenis
Bestand voor taalafhankelijke softkey-tekst.
Wanneer in de invoervelden niets wordt inge‐
voerd, dan verschijnt de tekst op de softkey
zoals deze werd aangegeven in het invoerveld
"Softkey-tekst".
353