INFORMATIE OVER BEDIENING EN ONDERHOUD
Lees alles goed door om vertrouwd te raken met dit voertuig. Let vooral op de tekst onder NB, Pas op en Waarschuwing.
te lopen als de brandstof opraakt of wanneer u in ongeschikt
terrein vast komt te zitten.
Waterstofgas wordt gegenereerd als een natuurlijk onderdeel
van het laadproces van de loodzwavelzuuraccu. Een concen-
tratie van 4% waterstofgas is explosief en kan ernstig of
dodelijk letsel veroorzaken. De accu moet geladen worden in
een voldoende geventileerde ruimte (ventilatievoud = min. 5
per uur).
Om de kans op explosie van de accu, wat kan resulteren in
ernstig of dodelijk letsel, te voorkomen mag niet worden
gerookt in nabijheid van accu's die worden geladen. Ook
mogen accu's niet worden geladen in een ruimte waar open
vuur is of elektrische apparatuur die elektrische vonken kan
veroorzaken.
Voordat een nieuw voertuig in gebruik wordt genomen, moeten eerst
de zaken die vermeld staan in het INITIEEL SERVICESCHEMA
afgewikkeld worden (Zie Fig. 1 op pagina 3-2).
De voertuigaccu moet helemaal geladen zijn voor het eerste gebruik.
Controleer de bandenspanning. Zie ALGEMENE SPECIFICATIES.
Controleer op olie- of brandstoflekkages die kunnen zijn ontstaan
tijdens het vervoer vanaf de fabriek.
Controleer de afstelling van het rempedaal. Meet en registreer de rem-
weg van het voertuig voor toekomstige remtests.
Noteer het sleutelnummer en berg dit nummer veilig op.
Verwijder de plastic afdekking die de stoelzitting en rugleuning bes-
chermt tijdens het transport, voordat u het voertuig in gebruik neemt.
3-2
O nderdeel
T e plegen onderhoud
Accu
Laad de accu op
Stoelen
Verwijder de plastic afdekking
Remmen
Controleer werking en stel af indien nodig
Controleer het peil van de hydrauliekvloeistof
Banden
Controleer bandenspanning (zie specificaties)
Brandstof
Ful de tank met de juiste brandstof
Motor
Controleer oliepeil (1ste verversing na 5-8 uur)
Sleutels
Sleutelnummer noteren en goed bewaren
Fig. 1 Initieel serviceschema
TERREIN
Het voertuig is ontworpen voor verharde wegen (maar niet voor open-
bare autowegen). Het voertuig mag ook gebruikt worden op aan-
gelegde paden of open terrein dat vrij is van stronken, grote keien of
gaten.
Het voertuig mag niet gebruikt worden om water over te steken.
VOERTUIGVERMOGEN
Vanwege het aantal verschillende
m a n i e re n wa a r op h e t v o e rtu i g
a an g ew en d ka n wo rde n, is he t
belangrijk dat de bestuurder voor gebruik rekening houdt
met ieder potentieel gevaar om ernstig of dodelijk letsel te
voorkomen.