26
6.
Schroeven (4) vastdraaien.
AANWIJZING
Risico op materiële schade!
Een verkeerd ingestelde hulshoogte kan afwijkende
spanningen veroorzaken, omdat de draad vast kan komen te
zitten en ingeklemd kan raken.
De naad wordt onregelmatig en de bovendraad wordt na het
afsnijden uit de naald getrokken.
Hoogte van de huls instellen zoals boven aangegeven.
7.
Bovendraad door de huls (6), opening (3) en
draadgeleider (1) tot het voorspanelement (2) leiden.
Bovendraad inrijgen
Afb. 7: Bovendraad inrijgen (1)
①
②
③
④
⑤
(1) - Draadgeleider
(2) - Hulpspanelement
(3) - Hoofdspanelement
(4) - Draadgeleider
8.
Handwiel draaien tot de draadgever het bovenste dode punt
bereikt.
(5) - Draadaanhaalveer
(6) - Voorspanelement
(7) - Draadgeleider
Bedieningshandleiding 967 - 03.0 - 06/2018
Bediening
⑦
⑥