Laat uw banden door uw dealer vervangen.
Zie "Specificaties" voor aanbevolen banden, ban-
denspanning en minimale profieldiepte.
Volg deze richtlijnen voor het vervangen van
banden.
Gebruik de aanbevolen banden of gelijkwaardi-
●
ge banden waarvan de bandenmaat, construc-
tie, snelheidswaarde en het belastingsbereik
identiek zijn.
Laat het wiel, na montage van de band, balan-
●
ceren met originele wielbalanceergewichten
van Honda of gelijkwaardig.
Monteer geen binnenband in een tubeless bui-
●
tenband op deze motorfiets. De binnenband
kan extreem heet worden en klappen.
Gebruik uitsluitend tubeless banden op deze
●
motorfiets.
BLZ. 154
De velgen zijn ontworpen voor tubeless
2
banden en bij snel optrekken of remmen kan
een band met binnenband op de velg gaan
slippen waardoor de band snel leegloopt.
WAARSCHUWING
3
Het monteren van ongeschikte banden
op uw motorfiets kan het rijgedrag en
de stabiliteit nadelig beïnvloeden en
een botsing veroorzaken waarbij u ern-
stig of dodelijk letsel kunt oplopen.
Gebruik altijd banden van het juiste ty-
pe en formaat, zoals aanbevolen in dit
instructieboekje.
Standaardonderhoud
85