Toerenteller
LET OP
Laat de motor niet draaien met de toerenteller in de rode zone. Een te hoog motortoerental kan
de levensduur van de motor nadelig beïnvloeden.
Rode zone toerenteller
(te hoog motortoerentalbereik)
Scherm Totale afstand/
brandstofverbruik
(BLZ.24)
Snelheidsmeter
Controlelampje D
Gaat branden wanneer de D-modus is
geselecteerd in de AT-MODUS.
(BLZ.58)
Schakelstandindicator
(BLZ.29)
(BLZ.34)
Controlelampje S
Gaat branden wanneer de S-modus
is geselecteerd in de AT-MODUS.
(BLZ.58)
Klok
Klok instellen:
Brandstofniveaumeter
Resterende brandstof wanneer alleen het 1e (E)
segment gaat knipperen: ongeveer 3,2 L
De velden reserve-ritteller en reserve brandstofver-
bruik worden op hetzelfde moment weergegeven.
Als het controlelampje van de brandstof-
niveaumeter knippert of uitgaat:
(BLZ.35)
(BLZ.123)
Vervolg
23