2.8 Uitgangsklemmenbord (TB)
De optie Klemmenbord voorziet in een klemmenbord voor een
gemakkelijkere aansluiting van de kabels. Het bevindt zich onder
het bedienings- en controlepaneel.
S13
N13....Aardlekdetector
Detecteert
en
meldt
hoofdstroomonderbreker Q1. Het detectieniveau kan vast
worden ingesteld op 30 mA met onmiddellijke uitval, maar is
ook instelbaar tussen 30 mA en 250 mA met een
uitvalvertraging (0 - 1 sec). N13 moet met de hand worden
teruggesteld na oplossing van het probleem (door het
indrukken van resettoets R). Deze detectie kan worden
opgeheven met de aardlekschakelaar (S13, I∆N). Deze
schakelaar moet maandelijks worden getest door een druk op
de testtoets T13.
S2 ......Noodstopknop
Druk de knop in om de generator in geval van nood te stoppen.
Werd de knop ingedrukt, dan moet hij ontgrendeld worden
door hem in tegenwijzerzin te draaien, vooraleer de generator
opnieuw kan worden gestart. De noodstopknop kan in de
vergrendelde positie vastgezet worden met behulp van de
sleutel om gebruik door onbevoegden te vermijden. Nadat de
noodstopknop werd ingedrukt, moet de stuurmodule worden
gereset.
2954 2440 13
N13
Q1
Q2
X1
X2
S2
een
aardlek
en
activeert
S13 ....Blokkeerschakelaar voor beveiliging tegen
aardsluiting (N13)
Deze schakelaar bevindt zich in de kast en is aangeduid met
I∆N.
Stand
O:
uitgeschakeld in geval van aardsluiting.
Stand 1: Hoofdstroomonderbreker Q1 wordt uitgeschakeld in
S13
geval van aardsluiting.
Q1......Stroomonderbreker voor X1
N13
Onderbreekt de stroomtoevoer naar X1 als er zich een
kortsluiting voordoet aan de zijde van de belasting of als de
Q1
overstroombeveiliging in werking treedt. Indien geactiveerd,
onderbreekt Q1 de drie fasen naar X1. Hij moet manueel
Q2
worden gereset, zodra het probleem verholpen is.
Q2......Stroomonderbreker voor X2
Onderbreekt de stroomtoevoer naar X2 als er zich een
kortsluiting voordoet aan de zijde van de belasting of als de
overstroombeveiliging in werking treedt. Indien geactiveerd,
onderbreekt Q2 fase L3 en de nulleider naar X2. Hij moet
manueel worden gereset, zodra het probleem verholpen is.
X1 ......Netvoeding
De klemmen L1, L2, L3, N (= nulgeleider) en PE (= aarding),
achter een kleine transparante deur.
X1
Stand O van schakelaar S13 wordt enkel gebruikt in
combinatie met een externe beveiliging tegen
aardsluiting (bijv. geïntegreerd in een verdeelbord)
of wanneer de generator parallel wordt geschakeld.
Schakelaar
aardsluitingsbeveiliging op de éénfasige contactdoos.
Als S13 in stand O staat, is een goede aarding van
S2
groot belang voor de veiligheid van de gebruiker.
Het inoperationeel maken van elke beveiliging tegen
aardsluiting kan tot ernstig letsel leiden en zelfs de
dood van diegene die de eenheid of belasting
aanraakt, tot gevolg hebben.
de
2.9 Batterijschakelaar
De batterijschakelaar is ingebouwd in de geluiddempende
carrosserie. Hij laat toe het elektrisch circuit tussen de batterij
en de motor te openen of te sluiten.
Schakel de batterijschakelaar nooit uit als de motor
draait.
Bedieningshandleiding
Hoofdstroomonderbreker
Q1
S13
heeft
geen
invloed
wordt
niet
op
de
43