Stappenmotor-membraandoseerpomp MEMDOS SMART LDX/LAX/LPX
12.2 Doseerkop-bouten aandraaien
è
Trek de bouten van de doseerkop kruislings met een draaimoments-
leutel na.
Het benodigde draaimoment bedraagt 1,8 Nm.
12.3 Membraan wisselen
De doseerpomp beschikt over een programma voor automatische mem-
braanvervanging dat het vervangen van het membraan gemakkelijker
voor u maakt.
1
2
Afb. 50: Opengewerkte tekening van membraan en doseerkop
*alleen bij de maten 20 en 30
12.3.1 Oude membraan uitbouwen
Handelingsactie:
ü
De doseerpomp moet van de voedingsspanning gescheiden worden.
ü
De vloeistofzijdige delen van de installatie worden drukloos gemaakt.
ü
De doseerpomp wordt met een ongevaarlijke vloeistof (bijv. water)
gespoeld.
Voer de volgende stappen uit:
1. Draai de vier bouten (5) op de doseerkop met geschikt gereedschap
(Inbussleutel SW 3) eruit en neem de doseerkop (4) eraf.
2. Druk Menu.
3. Kies met
of
het menupunt
OK.
4. Druk Start.
4
De membraan gaat naar de voorste eindpositie. In het display ver-
Even wachten
schijnt de melding
5. Wacht tot de melding
vervangen!
6. Buig het mebraan (3) met een tang aan de rand licht omhoog en
schroef deze tegen de wijzers van de klok om eraf.
12.3.2 Nieuw membraan monteren
Handelingsactie:
ü
Membraanstang (2) en membraanflens (1) moeten goed gereinigd
worden om daarmee het nieuwe membraan door achterblijvende
vloeistof niet te beïnvloeden.
Onderhoud
38
3,2*
3,1
4
5
Membraan vervangen
en druk op
a.u.b.!.
verschijnt.
ü
Op de schroefdraad van het membraan (3) kan een beetje vet
aangebracht worden (bijv. Molykote Longterm W2).
Voer de volgende stappen uit:
1. Schroef het membraan met de hand (3) met de wijzers van de klok
mee tot merkbare aanslag op de membraanstang.
Beschadiging van de doseerkop/ondichtheid van het
membraan
Als de bouten te vast aangedraaid zijn, kan dit tot beschadiging van de
doseerkop leiden. Te zwak aandraaien veroorzaakt echter een ondicht-
heid van het membraan en daarmee beïnvloeden van het functioneren.
ð
Trek daarom de bouten met een draaimoment aan van 1,8 Nm.
2. Breng de doseerkop in de juiste positie en plaatse de bouten er weer
in. Trek de bouten eerst zachtjes aan. Draai de bouten aansluitend
kruislings vast, bijv. eerst linksboven - rechtsonder - rechtsboven -
linksonder.
ü
Membraanwissel uitgevoerd.
i
Na een membraanwissel of vervanging van andere onderdelen
van de doseerpomp kan het noodzakelijk zijn dat de
vloeistofhoeveelheid opnieuw gemeten moet worden door
middel van uitliteren.
12.4 Zuig- en persventiel reinigen
Vervuilde ventielen beïnvloeden de nauwkeurigheid van doseren waar-
door de ventielen regelmatig gereinigd moeten worden.
Het wisselen van een ventiel volgt bij doseerkoppen van kunststof door
het uitwisselen van de complete doseerkop.
BA-10005-05-V01
Bedieningsvoorschrift
AANWIJZING
© Lutz-Jesco GmbH 2023