Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Elektrisch Installeren; Ontoereikende Elektromagnetische Tolerantie; Principes; Beschrijving Van De Aansluitbussen - Lutz-Jesco MEMDOS SMART LDX Bedieningsvoorschrift

Stappenmotor-membraandoseerpomp
Inhoudsopgave

Advertenties

Stappenmotor-membraandoseerpomp MEMDOS SMART LDX/LAX/LPX

9 Elektrisch installeren

Levensgevaar door stroomschokken!
In geval van elektrische ongeval zal de doseerpomp snel van het span-
ningsnet gescheiden moeten worden.
ð
Installeer een noodschakelaar of integreer de doseerpomp in het
veiligheidsconcept van de installatie.
Gevaar van automatisch inschakelen!
De doseerpomp beschikt niet over een aan-/uit schakelaar en kan met
pompen beginnen zodra de voedingsspanning erop gezet wordt.
ð
Installeer een noodschakelaar of integreer de doseerpomp in het
veiligheidsconcept van de installatie.
Schade door foute netspanning
De aansluiting op een foutieve voedingsspanning leidt tot schade aan
de doseerpomp.
ð
Let op de weergave van de spanning op het typeschild.

Ontoereikende elektromagnetische tolerantie

Bij het aansluiten van de doseerpomp op de stekkerdoos zonder aan-
gesloten aarding kan de storingsgevoeligheid overeenkomstig de
EMV-normen niet gegarandeerd worden.
ð
Sluit de doseerpomp alleen aan op een stekkerdoos met aangeslo-
ten aardleiding.
© Lutz-Jesco GmbH 2023
Technische wijzigingen voorbehouden.
230922
Bild BA 9.2 Beschreibung der Anschlussbuc
GEVAAR
VOORZICHTIG
AANWIJZING
AANWIJZING
BA-10005-05-V01
MEMDOS SMART LP 30

9.1 Principes

10101141_5
De doseerpomp beschikt over een 110 – 250 V AC 50/60 Hz W netge-
n
deelte met brede inzetgebied.
De elektrische aansluiting moet volgens de plaatselijk geldende voor-
n
schriften gebeuren.
De doseerpomp moet aangesloten worden op een geaarde stekker-
n
doos.
Om een foutieve dosering na beëindiging van het proces te voorko-
n
men, moet de doseerpomp voorzien worden van een elektrische ver-
grendeling.
De doseerpomp mag niet met een aan-/uit schakelaar in de voedings-
n
spanning bedient worden.
Signaalkabel mag niet parallel naast krachtstroom en netleidingen
n
aangelegd worden. Stuur- en signaalkabels moeten in gescheiden ka-
nalen doorgevoerd worden. Bochten zullen onder een hoek van 90°
gelegd moeten worden.

9.2 Beschrijving van de aansluitbussen

De MEMDOS SMART LDX en LAX hebben 3 bussen die A-gecodeerd zijn.
De MEMDOS SMART LPX heeft 6 bussen. Bussen 4 en 5 zijn B-geco-
deerd, bussen 1, 2, 3 en 6 zijn A-gecodeerd.
Afb. 17: Aansluitbussen 1 – 6 MEMDOS SMART LDX/LAX/LPX
Nr.
Aansluitbussen
1
Vrijgave ingang en optocoupler uitgang
2
Impulsingang en analoge ingang
3
Niveau-ingang (voor- en hoofdalarm)
4
Uitgang storingsmelding relais 1 (alleen LPX)
5
Uitgang storingsmelding relais 2 (alleen LPX)
6
Flowcon- en membraanbreukingang (alleen LPX)
Tab. 10: Betekenis van de componenten
Bedieningsvoorschrift
Elektrisch installeren
21

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Memdos smart laxMemdos smart lpx

Inhoudsopgave