Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Afdrukbeheer - IBM Network Station Manager 100 Series Installatiehandleiding

Voor windows nt
Inhoudsopgave

Advertenties

Tabel 11. Configuratiebeschrijvingen voor eenvoudige printerscenario's (vervolg)
Printerscenario
Routebeschrijving in
Network Station naar
Network Station B
een lokaal
naar Printer 5
aangesloten printer
Network Station naar
Network Station A
een andere Network
naar Network Station
Station met een
B naar Printer 5
aangesloten printer
Windows NT Server
Windows NT Server
4.0 naar een Network
4.0 naar Network
Station met een
Station B naar printer
aangesloten printer
5

Afdrukbeheer

Het beheer van een printeromgeving is een complexe taak. Daarom is het
verstandig om een diagram te maken van de printers in het netwerk. Aan de hand
Figuur 12 op
pagina 50
1. Kies in IBM Network Station Manager in het rechterdeelvenster
Hardware->Printers.
2. Configureer een item in het veld Lokale parallelle printer of
Lokale seriële printer, afhankelijk van de manier waarop de
printer op de Network Station is aangesloten.
1. Kies in IBM Network Station Manager in het rechterdeelvenster
Hardware->Printers.
2. Configureer een item in het veld Afdrukserver op afstand met
het IP-adres van de Network Station waarop de printer is
aangesloten. Typ in het veld Wachtrij PARALLEL1 of SERIAL1,
afhankelijk van de manier waarop de printer op de Network
Station is aangesloten.
1. Plaats de installatie-CD van Windows NT Server in het
CD-ROM-station.
2. Kies Start->Configuratiescherm->Netwerk.
3. Klik op de tab Services.
4. Selecteer Microsoft TCP/IP Afdrukbeheer en kies
Toevoegen.
5. Selecteer Microsoft TCP/IP Afdrukbeheer.
6. Klik op OK om het actieve venster te sluiten.
7. Start de server opnieuw op.
Mogelijk moet u het Windows NT Service Pack opnieuw
installeren.
8. Start de Network Station.
9. Kies vanuit het bureaublad van uw Windows NT-server Deze
computer->Printers->Printer toevoegen.
10. Selecteer Mijn computer en klik op Volgende.
11. Selecteer Poort toevoegen.
12. Selecteer LPR-poort en klik op Nieuwe poort.
13. Geef in het venster LPR-compatibele printer toevoegen de
naam of het IP-adres op van de Network Station waarop de
printer is aangesloten. Geef de naam op van de printer of de
wachtrij (SERIAL1 of PARALLEL1) op die server. Klik op OK.
14. Geef in IBM Network Station Manager aan of de printer een
PCL-, ASCII- of PostScript-printer is. De standaardwaarde is
PostScript.
15. Kies Sluiten->Volgende.
16. Selecteer in de wizard Printer toevoegen de fabrikant en het
model van de printer die op de Network Station is aangesloten.
17. Klik op Volgende.
18. Geef aan hoe u de printer beschikbaar wilt stellen.
19. Druk een testpagina af om te controleren of alles goed is
ingesteld.
Configuratie-instructies
Hoofdstuk 3. Na installatie en configuratie
51

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Producten voor IBM Network Station Manager 100 Series

Inhoudsopgave