wijzen aan elke host en elke Network Station. Daarbij wordt gebruik gemaakt van
een vooraf opgegeven reeks IP-adressen. U kunt DHCP ook gebruiken om
IP-adressen statisch of dynamisch toe te wijzen.
Bij statische toewijzing van IP-adressen definieert u voor het MAC-adres van elke
Network Station in de DHCP-serverconfiguratie een bijbehorend IP-adres dat wordt
gereserveerd voor de Network Station met dat MAC-adres. Een Network Station die
zichzelf identificeert met behulp van het MAC-adres, stuurt een verzoek naar de
DHCP-server. De server retourneert vervolgens het IP-adres dat voor die client is
gereserveerd.
Bij dynamische toewijzing van IP-adressen herkent de server een Network Station
nog steeds aan het MAC-adres. Maar in plaats van een vast IP-adres te gebruiken,
wijst de server een willekeurig adres uit een reeks beschikbare adressen toe. De
server geeft het adres gedurende een vaste tijd aan de Network Station "in
bruikleen". Het adres wordt teruggegeven op het moment dat de client het vrijgeeft
of dat de bruikleen afloopt.
DHCP staat ook het gebruik van niet geregistreerde ("unlisted") clients toe. Elke
client, ook een client waarvan het MAC-adres niet is gedefinieerd in de
DHCP-configuratie, kan een IP-adres aanvragen uit de reeks beschikbare adressen.
Het gebruik van niet geregistreerde clients kan handig zijn in een omgeving waarin
het niet nodig of niet wenselijk is om de MAC-adressen bij te houden.
DHCP-servers kunnen IP-adressen die niet actief worden gebruikt, hergebruiken.
DHCP beschikt over een grote groep configuratie-opties, waartoe ook opties
kunnen behoren die door de gebruiker zijn gedefinieerd. Deze opties zijn nuttig bij
het configureren van uitgebreide netwerken. Zie IBM Network Station Advanced
Information voor een diepgaande bespreking van uitgebreide netwerken. U vindt dit
document op http://www.ibm.com/nc/pubs.
NVRAM
NVRAM (Non-Volatile Random-Access Memory) is lokaal geheugen op de Network
Station. Als u NVRAM als opstartmethode wilt gebruiken, moet u het IP-adres van
de Network Station en van de bijbehorende server opgeven in het
NVRAM-geheugen van elke Network Station. Nadat de Network Station is
aangezet, geeft het zelf opdracht tot het downloaden van het basiscodebestand van
de server.
Opstarten met NVRAM is het meest praktisch in kleine, stabiele netwerken. U kunt
echter ook om de volgende redenen voor deze opstartmethode kiezen:
v Als methode om routers die DHCP-verzendingen blokkeren te omzeilen.
v Als hulpmiddel bij het opsporen en herstellen van problemen met
v Als hulpmiddel bij het opsporen en herstellen van problemen met
DHCP-aanvragen voor IP-adressen kunnen onnodig netwerkverkeer opleveren.
Veel netwerkrouters zijn zó geconfigureerd dat ze dergelijke aanvragen niet
doorlaten. Aangezien het bij NVRAM niet nodig is het IP-adres op te vragen (het
is immers opgegeven in het NVRAM van de Network Station), komen dergelijke
aanvragen niet voor.
netwerkverbindingen.
DHCP-configuraties.
Hoofdstuk 1. Kennismaking met IBM Network Station
7