Schakelt naar Printers configuration.
1
Hiermee worden alle geïnstalleerde apparaten weergegeven.
2
Hiermee worden de status, modelnaam en URI van uw
3
apparaat weergegeven.
De besturingsknoppen van de printer zijn:
•
Refresh: hiermee vernieuwt u de lijst met beschikbare apparaten.
•
Add Printer: hiermee voegt u een nieuw apparaat toe.
•
Remove Printer: hiermee verwijdert u het geselecteerde apparaat.
•
Set as Default: hiermee stelt u het geselecteerde apparaat in als
standaardapparaat.
•
Stop/Start: hiermee kunt u het apparaat stoppen/starten.
•
Test: hiermee kunt u een testpagina afdrukken om te controleren of
de printer goed werkt.
•
Properties: hiermee kunt u de eigenschappen van de printer
weergeven en wijzigen.
Tabblad Classes
Op het tabblad Classes wordt een lijst met beschikbare apparaatklassen
weergegeven.
Hiermee geeft u alle apparaatklassen weer.
1
Hiermee geeft u de status van de klasse en het aantal apparaten
2
in de klasse aan.
•
Refresh: hiermee kunt u de lijst met klassen vernieuwen.
•
Add Class: hiermee kunt u een nieuwe apparaatklasse toevoegen.
•
Remove Class: hiermee verwijdert u de geselecteerde
apparaatklasse.
Ports configuration
In dit venster kunt u de lijst met beschikbare poorten weergeven, de status
van elke poort controleren en een poort vrijgeven die bezet wordt door een
afgebroken taak.
Schakelt naar Ports configuration.
1
Hiermee geeft u alle beschikbare poorten weer.
2
Hiermee geeft u poorttype, aangesloten apparaat en status weer.
3
•
Refresh: hiermee vernieuwt u de lijst met beschikbare poorten.
•
Release port: hiermee wordt de geselecteerde poort vrijgegeven.
Beheerprogramma's_ 74