Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Het Wi-Fi-Netwerk In- Of Uitschakelen; Verbindingsprobleem - Ongeldige Beveiliging; Andere Problemen - Samsung CLP-775 Series Gebruikershandleiding

Kleurenlaserprinter
Inhoudsopgave

Advertenties

7. Selecteer de Network Name(SSID) in de lijst.
SSID: SSID (Service Set Identifier) is een naam die een
draadloos netwerk aanduidt. Toegangspunten en draadloze
apparaten die een verbinding proberen te maken met een
bepaald draadloos netwerk, moeten dezelfde SSID gebruiken.
De SSID is hoofdlettergevoelig.
Operation Mode: Operation Mode verwijst naar het type
draadloze verbinding (zie "Naam van draadloos netwerk en
netwerksleutel" op pagina 40).
-
Ad-hoc: in deze modus kunnen draadloze apparaten
rechtstreeks met elkaar communiceren in een
peer-to-peer-omgeving.
-
Infrastructure: in deze modus kunnen draadloze apparaten
via een toegangspunt met elkaar te communiceren.
Als de Operation Mode van uw netwerk ingesteld is op
Infrastructure selecteert u de SSID van het toegangspunt. Als
de Operation Mode ingesteld is op Ad-hoc selecteert u de
SSID van het apparaat. Houd er rekening mee dat "portthru"
de standaard SSID van uw apparaat is.
8. Klik op Next.
Als het venster met beveiligingsinstellingen voor draadloze
netwerken verschijnt, voert u het geregistreerde wachtwoord
(netwerksleutel) in en klikt u op Next.
9. Het venster voor bevestiging verschijnt. Controleer de instellingen
van het draadloze netwerk. Als de instellingen juist zijn, klikt u op
Apply.
Ontkoppel de netwerkkabel (standaard of netwerk). Uw
apparaat zou vervolgens draadloos met het netwerk moeten
communiceren. In ad-hocmodus kunt u tegelijkertijd een
draadloos LAN en een bekabeld LAN gebruiken.

Het Wi-Fi-netwerk in- of uitschakelen

1. Controleer of de netwerkkabel op het apparaat is aangesloten. Als dat
niet het geval is, moet u een standaardnetwerkkabel op het apparaat
aansluiten.
2. Start een webbrowser als Internet Explorer, Safari of Firefox, en voer in
het browservenster het nieuwe IP-adres van uw apparaat in.
Voorbeeld:
3. Klik op Login in de rechterbovenhoek van de SyncThru™ Web
Service-website.
4. Typ de juiste gegevens bij ID en Password en klik vervolgens op Login.
ID: admin
Password: sec00000
5. Als het venster SyncThru™ Web Service wordt geopend, klikt u op
Network Settings.
6. Klik op Wireless > Custom.
U kunt het Wi-Fi-netwerk ook in- of uitschakelen.
Problemen oplossen
Problemen tijdens het instellen of de installatie van het
stuurprogramma
Printers niet gevonden
Mogelijk staat uw printer niet aan. Zet de computer en printer aan.
De USB-kabel tussen de computer en het apparaat is niet
aangesloten. Verbind de printer met de computer door middel van de
USB-kabel.
Het apparaat ondersteunt geen draadloze netwerken. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van de printer op de software-cd die bij het
apparaat is geleverd en zorg dat u beschikt over een draadloze
netwerkprinter.
Verbindingsprobleem - SSID niet gevonden
De geselecteerde of opgegeven netwerknaam (SSID) kan niet
worden gevonden. Controleer de netwerknaam (SSID) op uw
toegangspunt en probeer opnieuw verbinding te maken.
Uw toegangspunt is uitgeschakeld. Zet het toegangspunt aan.

Verbindingsprobleem - Ongeldige beveiliging

De beveiliging is niet goed geconfigureerd. Controleer de beveiliging
die op het toegangspunt en de printer is geconfigureerd.
Verbindingsprobleem - Algemene verbindingsfout
Uw computer ontvangt geen signaal van uw apparaat. Controleer de
USB-kabel en de stroomtoevoer van de printer.
Verbindingsprobleem - Verbonden bedraad netwerk
De printer is verbonden met een netwerkkabel. Koppel de
netwerkkabel los van uw apparaat.
Fout bij verbinding met pc
Het geconfigureerde netwerkadres kan geen verbinding maken
tussen uw computer en het apparaat.
-
Voor een DHCP-netwerkomgeving
De printer ontvangt automatisch het IP-adres (DHCP) als de
toewijzingsmethode voor het IP-adres is ingesteld op DHCP.
-
Voor een statische netwerkomgeving
De printer gebruikt het statische adres als de toewijzingsmethode
voor het IP-adres op de computer is ingesteld op Statisch.
Voorbeeld:
Als de netwerkgegevens van de computer als volgt zijn:
-
IP-adres: 169.254.133.42
-
Subnetmasker: 255.255.0.0
Dan zijn dit de netwerkgegevens van het apparaat:
-
IP-adres: 169.254.133.43
-
Subnetmasker: 255.255.0.0 (gebruik het subnetmasker van
de computer).
-
Gateway: 169.254.133.1

Andere problemen

Als zich tijdens het gebruik van de printer in een netwerk problemen
voordoen, controleert u de volgende punten:
Raadpleeg de gebruikershandleiding bij het toegangspunt (of de
draadloze router) voor specifieke informatie.
Mogelijk is uw computer, het toegangspunt (of de draadloze router)
of de printer niet ingeschakeld.
Controleer de draadloze ontvangst van het signaal rond het
apparaat. Als de router ver van de printer staat of als er een obstakel
in de weg staat, kan dat de ontvangst van het signaal bemoeilijken.
Schakel het toegangspunt (of de draadloze router), de printer en de
computer uit en weer aan. Soms kan dat helpen om de
communicatie met het netwerk te herstellen.
Controleer of firewallsoftware (V3 of Norton) de communicatie
blokkeert.
Netwerkinstallatie_ 46

Advertenties

Hoofdstukken

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Clp-775nd

Inhoudsopgave