Voor uw veiligheid – Machine verladen / Transport
3.5
Machine verladen / Transport
46
Alleen draagkrachtige en stabiele laadplat-
forms gebruiken.
Laadplatforms en transportvoertuig moeten vrij
zijn van vet, olie, sneeuw en ijs.
De neiging van het laadplatform moet vlakker
zijn dan het stijgvermogen van de machine.
Garanderen dat personen door omkantelen of
wegglijden van de machine niet in gevaar
worden gebracht. De instructeur moet zich in
het zicht van de bestuurder, maar buiten de
gevarenzone bevinden.
De machine na het oprijden op het transport-
voertuig resp. vóór het verladen met een kraan
borgen met de knikscharnierbeveiliging.
Beschadigde of maar gedeeltelijk functione-
rende aanslagpunten niet gebruiken.
Altijd geschikte aanslagmiddelen aan de aan-
slagpunten gebruiken.
Aanslagmiddelen alleen gebruiken in de voor-
geschreven belastingsrichting.
Aanslagmiddelen mogen niet door machine-
delen beschadigd worden.
Machine op transportvoertuigen beveiligen
tegen eraf rollen, wegglijden en omkantelen.
Het aanslaan en optillen van lasten mag alleen
worden uitgevoerd door een deskundige/
bevoegde persoon.
Alleen hefwerktuigen en aanslagmiddelen met
voldoende draagkracht voor het te verladen
gewicht gebruiken.
Hefwerktuigen alleen bevestigen aan de voor-
ziene hefpunten.
Voor personen bestaat levensgevaar, als ze
onder zwevende lasten komen of daaronder
staan.
BW 177 D-5