Bij het naaien van knoopsgaten zonder cordonsteken of
wanneer u naaivoet C gebruikt, zijn de naaistappen anders
(er is geen stap met rechte steek). Zie afbeelding 2.
Let op: Als u knoopsgaten naait op een zeer smal gedeelte, klikt u
standaard-naaivoet C op de machine en naait u het knoopsgat volgens
de onderstaande instructies.
HANDMATIG KNOOPSGAT
Gebruik knoopsgatvoet C om een handmatig knoopsgat te
naaien.
• Naai de eerste rups zo lang als u het knoopsgat wilt
maken.
• Druk op de achteruitnaaitoets. De machine naait de
trens en de tweede rups.
• Wanneer de rupsen even lang zijn, drukt u op de
achteruitnaaitoets om de tweede trens te naaien.
GEBORDUURD KNOOPSGAT
Knoopsgaten kunnen ook worden gemaakt in een
borduurring. Zie pagina 7:3.
PROGRAMMEERBAAR KNOOP AANNAAIEN
Knopen, drukknopen, haakjes en oogjes aannaaien gaat
snel met uw naaimachine.
: Geweven normaal.
STOF
: Geweven, normaal en Knoop op de Exclusive
SELECTEER
SEWING ADVISOR
automatisch omlaag.
: Naald maat 80 en het multifunctionele gereedschap
GEBRUIK
om een "steeltje" te maken, zoals wordt aanbevolen. Klik
de naaivoet van de machine af.
:
NAAI
• Leg de stof, het multifunctionele gereedschap en de
knoop onder de houder met de gaten in de knoop op de
plaatsen waar de naald in steekt. Controleer de beweging
van de naald met de toets voor horizontaal spiegelen,
zodat u zeker bent dat de naald de knoop niet raakt.
Pas indien nodig de steekbreedte aan. Breng de naald
omlaag in het gat van de knoop.
• Stel het aantal steken in waarmee de knoop moet
worden aangenaaid (zie pagina 4:6). 6-8 steken is
normaal.
• De machine naait de knoop aan en hecht automatisch
af.
Let op: Leg de dunne kant van het Multifunctionele gereedschap/
Knopenhulpstuk onder de knoop bij het naaien op dunne stoffen.
Gebruik het dikke uiteinde voor zwaardere stoffen. Houd het
hulpmiddel met doorzichtig plakband op zijn plaats op de stof.
Let op: Voor de meeste knopen is de aanbevolen breedte van 3,0
ingesteld. Als u een klein knoopje of een zeer grote jasknoop
aannaait, verklein (-) of vergroot (+) dan de steekbreedte totdat de
beweging van de naald in de gaten van de knoop of drukknoop naait.
4:16
functie. De transporteur gaat
™
2. Naairichting voor knoopsgaten zonder cordonsteken of
cordonsteekknoopsgaten die u naait met naaivoet C