11.6
De verwarming en koeling beheren
11.6.1
De verwarming en de koeling uitschakelen
Afb.94
MW-6070416-1
Afb.95
MW-6000869-1
11.6.2
Koeling forceren
Afb.96
MW-6070416-1
Afb.97
MW-6000870-1
11.6.3
Uitschakelen van de verwarming in de zomer
Afb.98
MW-6070416-1
Afb.99
MW-6000871-1
7811619 - v05 - 16102023
Uw apparaat regelt automatisch de verwarming en de koeling op basis
van de buitentemperatuur. Indien gewenst kunt u de verwarming en
koeling ongeacht de buitentemperatuur uitschakelen.
1. Ga vanaf het startscherm naar het scherm voor de relevante zone
door aan de knop
te draaien.
2. Druk op de toets
.
3. Selecteer Centrale verwarming Aan/Uit.
4. Selecteer de gewenste waarde:
Uit : verwarming en koeling zijn uitgeschakeld.
Aan : verwarming en koeling worden automatisch geregeld op basis
van de buitentemperatuur.
5. Selecteer Bevestigen om de aanpassing te bevestigen.
In de Programmeer-bedrijfsmodus wordt het koelingsklokprogramma
automatisch geactiveerd wanneer de gemiddelde buitentemperatuur hoger
was dan 22° C. Als u dat wilt, kunt u de koelingsmodus forceren ongeacht
de buitentemperatuur.
1. Druk in het startscherm op de
2. Selecteer Geforceerde koeling Aan/Uit.
3. Selecteer de gewenste waarde:
Ja : koeling is actief, ongeacht de buitentemperatuur.
Nee : het systeem activeert automatisch de koeling op basis van de
buitentemperatuur.
4. Selecteer Bevestigen om de aanpassing te bevestigen.
Uw apparaat regelt automatisch de verwarming op basis van de
buitentemperatuur. Indien gewenst kunt u de verwarming ongeacht de
buitentemperatuur uitschakelen en tegelijkertijd de koelfunctie behouden.
1. Druk in het startscherm op de
2. Selecteer Geforceerde zomermodus Aan/Uit.
3. Selecteer de gewenste waarde:
Uit : het systeem regelt automatisch de verwarming op basis van de
buitentemperatuur.
Aan : de verwarming is uitgeschakeld. De koeling wordt geactiveerd
wanneer aan de activatievoorwaarden wordt voldaan.
4. Selecteer Bevestigen om de aanpassing te bevestigen.
toets.
toets.
11 Werking
75