Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

De Back-Upketel Configureren; De Parameters Van De Back-Upketel Configureren - REMEHA Elga Ace MB Control Box Installatie-, Gebruikers En Servicehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

8 Instellingen
Parameter
Ventil.toerental %
AP028
Overv. compr.aanz.
AP015
Toegangspad
>
Installateur > Systeeminstallatie > Zone1 of Zone3 > Algemeen
Parameter
Parameter voor vloer­
verwarming:
Setpunt vloerkoeling
CP270
CP271 voor Zone3
Parameter voor een cir­
cuit met convectieventi­
lator:
Setpunt koel. ventl.
CP280
CP281 voor Zone3
Omg.OT. voor koeling
CP690
Uitsluitend voor Zone1
Parameter voor vloer­
verwarming in Zone1:
Verdampingstemp. BU
AP072
8.6

De back-upketel configureren

8.6.1

De parameters van de back-upketel configureren

44
Beschrijving
Ventilatortoerentalpercentage van buitenunit
Koelen is alleen mogelijk als de modus actief is,
standaard als de buitentemperatuur 22 °C over­
schrijdt: de waarde kan aangepast worden via de
parameter Temp zomerbedrijf (AP073).
Oververhitting van compressoraanzuiging
Koeling is mogelijk via de Overv. compr.aanz.-
modus ongeacht de buitentemperatuur.
Beschrijving
Setpunt aanvoertemperatuur voor vloerkoeling
Instelbaar van 11 °C tot 23 °C
Setpunt aanvoertemperatuur voor koeling voor
de ventilatorconvector
Instelbaar van 7 °C tot 23 °C
Omgekeerde OpenTherm contact in koeling
modus
Verdampingstemperatuur van buitenunit
4. Om koeling van de warmtezone mogelijk te maken, configureer de
parameter Ventil.toerental % (AP028) of Overv. compr.aanz. (AP015).
Aanpassing vereist
Actieve koeling
Ja
5. Volg het hieronder gegeven toegangspad voor toegang tot de
koelsetpunttemperaturen voor de gewenste zone.
6. Configureer de parameters gekoppeld aan koeling van elke
overeenkomstige zone.
Aanpassing vereist
18°C (standaardwaarde).
Stel de temperatuur in volgens het type vloer en
het vochtigheidsniveau.
7 °C(standaardwaarde).
Stel de temperatuur in volgens de gebruikte con­
vectieventilatoren.
Controleer de instelling afhankelijk van de ge­
bruikte thermostaat of ruimtemperatuursensor.
Controleer de instelling afhankelijk van de ge­
bruikte sensor.
Voor een optimale werking van het warmtepompsysteem met een back-
upketel moeten de parameters van de back-upketel geconfigureerd
worden.
1. Stel de ketel in de 24/7 comfortmodus in.
2. Stel de richttemperatuur voor de verwarming in op een temperatuur
die 5 °C boven de richttemperatuur voor het sanitair warm water ligt.
Zie
Installatiehandleiding van de verwarmingsketel
Nee
Ja
Nee
Aan - Uit
0-10V
7811619 - v05 - 16102023

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave